Gepubliceerd op dinsdag 5 juni 2012
IEF 11392
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Uitgezonderd van de territoriale reikwijdte van de licentie

Rechtbank 's-Gravenhage 30 mei 2012, HA ZA 11-2640 (STR Collectie tegen HareChair B.V.)

Uitspraak ingezonden door Merle Hafkamp, Gravendeel Advocaten.

 

Modellenrecht. Contractenrecht. Licenties. Geen uitputting. Harechair ontwerpt, produceert en verhandelt meubels, waaronder de stoel genaamd "Coral" waarop ook een Gemeenschapsmodelrecht is gevestigd. STR houdt zich bezig met de handel in meubels en heeft 38 Gruvyer-stoelen (van de firma IGAP) ingekocht.

Met IGAP is een licentieovereenkomst gesloten en in een vaststellingsovereenkomst verklaart STR zich te onthouden van inbreuk. STR heeft IGAP aansprakelijk gesteld voor de schade ten gevolge van de levering door IGAP. STR vordert een verklaring voor recht ten behoeve van de buitengerechtelijke vernietiging van het contract en onrechtmatig handelen van Harechair. De rechten op de Gruvyer-stoelen zijn namelijk uitgeput op basis van de IGAP-overeenkomst.

De vorderingen worden afgewezen. Er is geen sprake van uitputting van de rechten conform de licentieovereenkomst, de verhandelde stoelen vallen niet onder de IGAP-overeenkomst en STR doet een beroep op een (niet-bestaande) bepaling "all disputes are settled".

4.1. Het betoog van STR dat de rechten van Harechair zijn uitgeput op basis van de IGAP-overeenkomst, moet worden verworpen. Harechaire heeft aangevoerd dat de bij die overeenkomst verleende licentie niet van toepassing is op handelingen in Nederland omdat Nederland (...) uitdrukkelijk is uitgezonderd van de territoriale reikwijdte van de licentie. Volgens Harechair moet de verkoop van de Gruvyer-stoelen door IGAP aan STR worden aangemerkt als een handeling in Nederland die onder die uitzondering valt. Dat heeft STR niet bestreden. Integendeel, hij heeft bij conclusie van antwoord zelf expliciet verklaard dat de door STR verhandelde stoelen niet vallen onder de licentie.

4.2. Het betoog van STR dat de door hem verhandelde stoelen wel vallen onder een in de IGAP-overeenkomst besloten schikking, moet worden verworpen. Anders dan STR meent, maakt de IGAP-overeenkomst geen onderscheid tussen een licentie voor de toekomst en een schikking voor het verleden. Blijkens de tekst van de IGAP-overeenkomst hebben Harechair en IGAP met de overeenkomst beoogd hun geschil zowel voor het verleden als voor de toekomst te regelen door IGAP een licentie te verlenen. Bij de overeenkomst wordt IGAP immers een licentie verleend voor de periode vanaf 1 januari 2010 tot 1 april 2012, dat wil zeggen voor zowel de periode voorafgaand aan de IGAP-overeenkomst als de periode vanaf die overeenkomst. De tekst van de overeenkomst bevat geen aanwijzing dat er verschillende licentievoorwaarden gelden voor die twee periodes. Gelet daarom moet worden geconcludeerd dat de in artikel 7 opgenomen beperking van de geografische reikwijdte van de licentie ook geldt voor de periode waarin IGAP de Gruvyer-stoelen heeft geleverd aan STR. Die conclusie is ook in overeenstemming met de door Harechair gestelde en door STR niet weersproken doelstelling van de IGAP-overeenkomst, te weten dat STR exclusiviteit zou behouden op haar thuismarkt Nederland. Daarmee is niet verenigbaar dat Harechair met terugwerkende kracht zou hebben ingestemd met inbreuken in Nederland.