Birkenstock-sandalen geen toegepaste kunst: BGH verschaft duidelijkheid over auteursrecht en mode

Het Duitse Bundesgerichtshof (BGH) heeft beslist dat de bekende Birkenstock-sandalen niet als “werken van toegepaste kunst” kunnen worden aangemerkt. Daarmee komt er vooralsnog in Duitsland geen auteursrechtelijke bescherming voor deze inmiddels wereldwijd geliefde en vaak geïmiteerde schoenen. De kern van het geschil draaide om de vraag of de ontwerpen, die al decennialang commercieel succesvol zijn, voldoende “gestalterischer Freiraum” (ontwerpruimte) bezitten en op artistieke wijze worden benut. Birkenstock kent een lange geschiedenis, die teruggaat tot de 18e eeuw. Groot geworden met anatomische voetbedden en eenvoudige, brede leren bandjes, groeide het bedrijf in de jaren 60 en 70 uit tot een cultfavoriet onder liefhebbers van comfort en een meer natuurlijke levensstijl. Inmiddels zijn de sandalen ook doorgedrongen tot de high fashion, reguliere samenwerkingen met ontwerpers en luxehuizen getuigen daarvan. Toch heeft deze modieuze opmars niet voorkomen dat het BGH de nadruk legt op de functionele en orthopedische basis van de sandalen.
Concreet stelde de eiseres, een vennootschap uit de Birkenstock-groep, dat haar klassieke modellen auteursrechtelijk beschermd zijn en dat diverse concurrenten met gelijkende sandalen inbreuk plegen. Het Oberlandesgericht (OLG) Keulen en vervolgens het BGH oordeelden echter dat de vormgeving grotendeels bepaald wordt door functionele, technische of orthopedische eisen, en daarom niet de vereiste mate van vrije artistieke expressie bezit. “Das rein handwerkliche Schaffen unter Verwendung formaler Gestaltungselemente ist dem Urheberrechtsschutz nicht zugänglich,” aldus het BGH. Met andere woorden: wanneer gebruiks- en comfortaspecten centraal staan, is de artistieke ‘ontwerphoogte’ onvoldoende voor auteursrechtelijke bescherming.
Dit vonnis is vooral van belang omdat het auteursrecht, anders dan het modelrecht dat doorgaans na 25 jaar eindigt, tot 70 jaar na de dood van de maker doorloopt. Een kwalificatie als “toegepaste kunst” zou Birkenstock dus langdurig tegen namaak beschermen. Nu moet het bedrijf in Duitsland op andere beschermingsinstrumenten vertrouwen, zoals design- of merkenrecht. Tegelijkertijd blijft de uitkomst onderwerp van debat: Birkenstock wijst op verdere procedures in andere landen en overweegt mogelijk een gang naar het Hof van Justitie van de Europese Unie. Voor andere merken onderstreept deze beslissing hoe lastig het is om een functioneel ontwerp via het auteursrecht te beschermen. Een hoge mate van creativiteit en een onafhankelijke artistieke invulling zijn onontbeerlijk om die drempel in Duitsland te halen, ongeacht de populariteit of cultuurstatus die een ontwerp in de modewereld kan hebben.