BMM Student Award 2016 voor scriptie Mike Landerbarthold over minimalistisch ontwerp
De jury van de BMM Student Award bestaat uit de redactie van het BMM Bulletin. De auteur van de winnende scriptie ontvangt een bedrag van EUR 1000. De inzendingen zijn beoordeeld op de volgende criteria:
- Heeft de scriptie een heldere analyse/ structuur
- Wordt tot juridische vragen aangezet
- Wordt de eigen mening weergegeven
- Is de scriptie goed geschreven
De jury heeft de scripties met belangstelling gelezen. Uit de vijf inzendingen is op basis van deze criteria een shortlist van twee kanshebbende scripties gemaakt, te weten: van Janneke de Grood en van Mike Landerbarthold.
Janneke de Grood schreef een scriptie over de toepassing van de 'sub a' actie bij import van originele merkproducten van buiten de Europese Unie. Geldt dan ook het vereiste dat sprake is van afbreuk aan een merkfuntie? Uit de zaak Converse/Schoenenreus blijkt dat bij parallelimport veelal zonder meer een merkinbreuk wordt aangenomen. Afbreuk aan een merkfunctie wordt dan niet meer besproken. Moet er niet verschil gemaakt worden tussen parallelimport en handel in counterfeit producten? Moet dit consequenties hebben voor de bewijslast van de merkhouder? De goodwillfunctie kan volgens De Grood uitkomst bieden.
Het is een overzichtelijk geschreven scriptie. Op twee punten heeft de jury een aanbeveling: het kan nog net iets puntiger worden geformuleerd en een uitgebreider eigen opvatting is welkom. De scriptie krijgt een eervolle vermelding.
De winnende scriptie heeft als onderwerp Minimalistisch ontwerp: een onderzoek naar de consequenties van de toenemende trend van minimalisering in productontwerp. De auteur stelt in zijn prikkelende scriptie de vraag of het wel nodig is om een 'less is more' ontwerp auteursrechtelijk te beschermen. Vanuit het rechtvaardigheidsperspectief (creativiteit moet worden beloond) is dat terecht, maar daar waar de vorm raakt aan de techniek wordt de vrijheid van andere ontwerpers te zeer beperkt. Daarbij komt dat niet de creativiteit, maar de originaliteit bij de kwalificatie vooropstaat. Bij minimalistische ontwerpen is lastig om te bepalen waarin de originaliteit van het voortbrengsel schuilt. De rechter zou dan al gauw op zoek gaan naar ordeningen van niet-originele elementen, waardoor het risico van ideebescherming op de loer komt te liggen. Aan de hand van de vele Stokke-zaken betoogt de auteur dat de beschermingsomvang van minimalistische vormen te ruim is. De apparaatgerichte leer zou beter zijn dan de resultaatgerichte leer die de Hoge Raad in Stokke/Fikszo omarmde. Hij pleit voor verwatering van het auteursrecht: als een werk veel is nagevolgd, is er niks tegen dat de beschermingsomvang daardoor krimpt. Ook de beschermingsduur van 70 jaar na de dood van de maker moet op de schop. En de verhoogde drempel voor vormgevingsauteursrecht zoals in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zou ook Nederland tot voorbeeld kunnen dienen.
Juist de prikkelende stellingen zetten de lezer aan tot nadere gedachtevorming. Daarmee stijgt deze scriptie met kraakheldere structuur uit boven de andere inzendingen. De jury wenst Mike Landerbarthold van harte geluk met de BMM Student Award 2016.