DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op vrijdag 24 april 2020
IEF 19166
||
24 apr 2020
24 apr 2020, IEF 19166; (AMP tegen Sena en RTL), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-p-g-in-de-zaak-amp-tegen-sena-en-rtl

Uitspraak ingezonden door Vivien Rorsch, LaRorsch en Arnout Groen, Hofhuis Alkema Groen.

Conclusie P-G in de zaak AMP tegen Sena en RTL

HR Conclusie P-G 24 april 2020, IEF 19166; 19/02785 (AMP tegen Sena en RTL) Het gaat hier om de vraag of Sena aan een producent van fonogrammen (AMP) en een uitvoerend kunstenaar (Joosten) een billijke vergoeding als bedoeld in art. 7 WNR moet betalen voor het gebruik van het muzieknummer ‘Lolly’ in Tell Sell-homeshoppingprogramma’s in de periode 2007-2012. Volgens het hof is dat niet het geval, omdat de fonogrammenproducent en de uitvoerend kunstenaar zelf met de gebruiker van het muzieknummer een billijke vergoeding voor uitzending van het muzieknummer zijn overeengekomen [IEF 18397] en [IEF 16573]. Tegen dit oordeel wordt in het principale cassatieberoep met verschillende rechts- en motiveringsklachten opgekomen. Het principale cassatieberoep van AMP c.s. slaagt. P-G mr. R.H de Bock concludeert tot vernietiging van het arrest en terugverwijzing naar het hof. Individuele rechthebbenden als AMP c.s. hebben niet de mogelijkheid om buiten Sena om een billijke vergoeding overeen te komen.

 

 

4.29 De conclusie uit het voorgaande is dat het hof in rov. 5.2 ten onrechte heeft aangenomen dat art. 15 lid 1 WNR er niet aan in de weg staat dat individuele rechthebbenden als AMP c.s. buiten Sena om een billijke vergoeding overeenkomen. Individuele rechthebbenden als AMP c.s. hebben die mogelijkheid niet, omdat de op dit punt in art. 15 WNR neergelegde keuze voor collectief beheer van rechten betekent dat (niet alleen de inning en verdeling maar ook) de vaststelling van de hoogte van de billijke vergoeding met uitsluiting van anderen bij Sena berust. Hiermee slaagt de eerste klacht van subonderdeel 1.1.

4.36 Nu de eerste klacht van subonderdeel 1.1 slaagt, kan het arrest van het hof reeds hierom niet in stand blijven. Het hof heeft miskend dat een individuele rechthebbende niet de bevoegdheid heeft om zelf een afspraak te maken met een gebruiker over de billijke vergoeding van art. 7 WNR.

11.7 Nu de uitleg die het hof aan de Tel Sell-overeenkomst geeft in cassatie geen stand houdt, heeft AMP c.s. geen belang bij een behandeling van deze klachten.