DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 3 december 2024
IEF 22409
||
26 nov 2024
26 nov 2024, IEF 22409; ECLI:NL:RBAMS:2024:7219 (Rabobank en eiser 2 tegen Greenpeace), https://ie-forum.nl/artikelen/greenpeace-mag-het-portret-van-decreane-gebuiken-in-haar-uitingen

Greenpeace mag het portret van Decreane gebuiken in haar uitingen

Greenpeace heeft een portret van Decraene, de bestuursvoorzitter van Rabobank, gebruikt in spandoeken, posters, stickers en online uitingen. Rabobank en Decraene vorderen in kort geding een verbod op het schenden (in de toekomst) van portretrechten van Decraene en andere aan Rabobank verbonden individuen, en vorderen verwijdering van de door Greenpeace verspreide uitingen en rectificatie daarvan. De voorzieningenrechter oordeelt dat het gevorderde verbod op het toekomstig schenden van portretrechten te onbepaald is. Met betrekking tot de uitingen oordeelt de voorzieningenrechter dat duidelijk is dat de uiting niet letterlijk moet worden genomen, maar dat er sprake is van een actie waarmee Greenpeace de aandacht vraagt voor haar boodschap.

Het verspreiden van de posters met het portret van Decreane vormt een inmenging in de privésfeer, maar dat is in dit geval niet onrechtmatig. Ook vormt dit geen inbreuk op het portretrecht. Decraene wordt door middel van deze posters wel tegen wil en dank ‘het gezicht’ van Rabobank gemaakt en door Greenpeace persoonlijk aangesproken op zijn handelen, maar als bestuursvoorzitter heeft hij te dulden dat zijn gezicht wordt verbonden aan de bank die hij bestuurt en dat hij publiekelijk wordt aangesproken op zijn handelen in die hoedanigheid. Niet is gebleken van inmenging in zijn privésfeer die verder gaat dan het leveren van kritiek op zijn handelen als bestuursvoorzitter, door middel van gebruik van zijn portret. De vorderingen worden afgewezen.

4.9. Bij de weging van de hiervoor beschreven belangen staat voorop dat de vrijheid van meningsuiting, als fundamenteel vereiste voor het publieke debat dat een democratische samenleving mogelijk maakt, in beginsel ook van toepassing is op uitingen die beledigen, shockeren of verstoren. Daarbij geniet de vrijheid van meningsuiting van actiegroepen als Greenpeace in de regel een verhoogd niveau van bescherming, gelet op het publieke belang dat gediend is bij het in staat stellen van dergelijke groepen om bij te dragen aan het publieke debat, door informatie en ideeën te verspreiden over zaken van algemeen belang, zoals het milieu.