Gepubliceerd op maandag 16 augustus 2010
IEF 9040
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Grotere impact

Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 13 augustus 2010, LJN: BN3964, Ziggo B.V. tegen Tele2 Nederland B.V. (met eerdere dank aan Arvid van Oorschot, Freshfields).

Reclamerecht. Misleidende reclame, ongeoorloofde vergelijkende reclame. Geschil tussen Ziggo en Tele2 over aanbod kabeltelevisie Tele2. Binnen vijf dagen na betekening van het vonnis is een schaars stukje televisie te verwachten rond de klok van 20.00 uur: een rectificatie van 30 seconden.

Zie vrijwel gelijkluidend vonnis van dezelfde dag in UPC tegen Tele2 hier.

OPTA besloot in 2008 dat geïnteresseerde marktpartijen in staat moeten worden gesteld om televisie en radio aan te bieden via de kabel. Tele2 is de eerste nieuwkomer op deze markt. Voorheen bood zij alleen telefoon- en internetdiensten en digitale televisie via de telefoonlijn. Sinds 27 juli 2010 is daar analoge televisie en radio bijgekomen.

Tele2 startte een uitgebreide reclamecampagne om haar nieuwe diensten onder de aandacht te brengen. De campagne valt slecht bij Ziggo. Men met name over de volgende uitingen:

a) "Nu bij een combipakket al vanaf € 5,- per maand", en een zeer prominente vermelding van "€ 5" in de advertenties en op de website;
b) "Kabeltelevisie van Tele2 is véél goedkoper dan die van de concurrentie. Door over te stappen naar Tele2 kan je besparing oplopen tot maar liefst 70% t.o.v. een gemiddeld kabeltelevisieabonnement van UPC of Ziggo.'";
c) "Er verandert niets dus helemaal niets aan je televisieaansluiting." en "Er verandert niets aan je aansluiting.";
d) "Je behoudt hetzelfde zenderpakket.".

De voorzieningenrechter acht de uitingen onder a misleidend:

4.4. Anders dan Tele2 heeft betoogd is de voorzieningenrechter van oordeel dat de consument wel degelijk gedwongen wordt om een dienst af te nemen indien hij wil profiteren van (analoge) kabeltelevisie voor € 5,-- per maand. De consument moet immers over het combipakket ter waarde van € 39,95 beschikken om (analoge) kabeltelevisie van Tele2 te kunnen ontvangen voor de prijs van € 5,-- extra per maand zoals vermeld in de reclame. De consument die niet over een zodanige combipakket beschikt zou derhalve niet kunnen volstaan met betaling aan Tele2 van € 5,- per maand voor alleen (analoge) kabeltelevisie, maar zou daarnaast nog € 39,95 per maand moeten betalen voor het combipakket.

Vermelding van de website en een informatienummer is onvoldoende om de misleiding weg te nemen:

4.4. (…) Vermelding van de website en het informatienummer is niet voldoende als maatregelen om de hiervoor bedoelde informatie ter beschikking van de consument te stellen. De gemiddelde consument – in de zin van de gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende consument – behoeft ook na vermelding van de website en het informatienummer er niet op bedacht te zijn dat de prijs niet € 5,-- per maand bedraagt, maar € 5,-- verhoogd met € 39,95, in totaal derhalve € 44,95 per maand.

Ook de door Tele2 gemaakte prijsvergelijking onder b kan volgens de voorzieningenrechter niet door de beugel. Daarbij wordt van belang geacht dat de reclamecampagne zich vooral richt op potentiële nieuwe klanten:

4.7. Vaststaat dat Tele2 in haar reclame de prijs van € 5,-- per maand vergelijkt met de prijs van een standaard kabeltelevisieabonnement van Ziggo ter waarde van € 16,45 per maand. In deze vergelijking is weliswaar een besparing van 70% te behalen, maar dat is alleen mogelijk voor de consument die reeds klant is bij Tele2 en daar alle diensten via het combipakket afneemt. Van belang bij deze reclame-uiting is dat het niet enkel gaat om het aanbieden van een product aan een bestaande klant, maar tevens, en wellicht vooral, om een aanbieding voor potentiële nieuwe klanten. Indien Tele2 haar prijs voor een bepaald product vergelijkt met volgens haar vergelijkbare producten van concurrenten, onder wie Ziggo, dient in een dergelijk geval de prijsvergelijking zo nauwkeurig mogelijk te zijn, zodanig dat alle producten die vergeleken worden op dezelfde manier zijn samengesteld. Het standaard kabeltelevisieabonnement bij Tele2 kost € 15,-- per maand tegenover € 16,45 per maand bij Ziggo. Bij Tele2 kost (analoge) kabeltelevisie alleen € 5,-- per maand als het wordt afgenomen samen met een combinatiepakket dat € 39,95 per maand kost, zodat de totaalprijs € 44,95 per maand wordt. Een enigszins vergelijkbaar product bij Ziggo, de Alles-in-1 Plus bundel, kost € 51,50 per maand. Wanneer deze genoemde producten met elkaar vergeleken worden is Tele2 weliswaar goedkoper, maar lang geen 70% zoals wordt geclaimd in de reclame uiting.

De mededelingen onder c en d (“Er verandert niets aan je aansluiting” en “Je behoudt hetzelfde zenderpakket”) worden (ook) misleidend bevonden. 

De voorzieningenrechter wijdt vervolgens een paar interessante overwegingen aan de gevorderde rectificatie. Ziggo vordert rectificatie op radio en televisie en in gedrukte media, waarbij het aantal rectificaties gelijk wordt gesteld aan het aantal keer dat de reclame daarop is uitgezonden dan wel is afgebeeld. Dat vindt de rechter buitenproportioneel:

4.14. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de vordering, om het aantal rectificaties op de televisie en radio en in de gedrukte media gelijk te stellen aan het aantal keer dat de reclame daarop is uitgezonden dan wel is afgebeeld, buitenproportioneel is. Daarbij is ten aanzien van de televisie in aanmerking genomen dat daarop rectificaties van een televisiecommercial zelden voorkomen. Alleen al vanwege die omstandigheid zal een dergelijke rectificatie een grotere impact hebben dan de televisiecommercial die gerectificeerd moet worden zelf had.

Ziggo’s vordering tot betaling van een voorschot op schadevergoeding van € 100.000 strandt wegens gebrek aan spoedeisend belang. Het argument van Ziggo dat het vrijmaken van geld voor een tegenoffensief in de media teveel tijd zou kosten wordt afgedaan op “het economische gewicht” van Ziggo en de beperkte onderbouwing van het gevraagde voorschot.

Lees het vonnis hier