Gepubliceerd op dinsdag 2 december 2008
IEF 7345
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Techniek die vrij is of vrij is geworden

Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 1 december 2008, KG ZA 08-1295, Brinkman Tuinbouw Techniek B.V. tegen Besseling & All Techniek B.V.

Slaafse nabootsing. Executiegeschil. Voorgebruik. Vervolg op vzr. Rechtbank Amsterdam, 20 december 2007 (IEF 5437), waarin de voorzieningenrechter oordeelde dat de kasdekreiniger van Brinkman een slaafse nabootsing was van de kasdekreiniger van Besseling.

In het onderhavige kort geding vordert Brinkman de opheffing van  het executoriaal beslag dat Besseling nadien heeft doen leggen en/of de opschorting van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Rechtbank Amsterdam op te schorten.

De vorderingen worden gedeeltelijk toegewezen. De Haagse voorzieningenrechter heeft alleen bevoegdheid voor wat betreft de opheffing (waarbij met het oog op  het belang van eisers alle eisers ontvankelijk zijn) en naar zijn voorlopig oordeel is er een gerede kans dat het Amsterdamse vonnis zal worden vernietigd. “Het is aannemelijk dat de voorzieningenrechter indien zij wetenschap zou hebben gehad van het voorgebruik van de V-vorm in het vonnis van 20 december 2007 tot een ander beslissing zou zijn gekomen.”

“5.11. Hoewel het door Brinkman aangeleverde beeldmateriaal niet uitblinkt door duidelijkheid is in elk geval wel duidelijk dat de in 1989 getoonde kasdekreiniger een frame heeft in de vorm van een omgekeerde V. Dit frame dient de overspanning van het kasdek, verbindt de wielstellen en draagt onder meer de roterende borstels welke de hoofdrol vervullen in het reinigingsproces.

5.12. Besseling heeft niet betwist dat de kasdekreiniger van figuur 4 ouder is dan haar eigen kasdekreiniger. Het is aannemelijk dat de voorzieningenrechter indien zij wetenschap zou hebben gehad van het voorgebruik van de V-vorm in het vonnis van 20 december 2007 tot een ander beslissing zou zijn gekomen.

5.13. Daar komt bij dat bij slaafse nabootsing om te beginnen moet zijn voldaan aan het vereiste van onderscheidend vermogen. Bij een hoofdzakelijk industrieel product als een kasdekreiniger is het onderscheidend vermogen – als het dat al heeft – niet gelegen in de gekozen en gevonden technische oplossingen van technische problemen. Dat betekent dat van de constructeur ook niet behoeft te worden verwacht dat hij afziet van bepaalde technische oplossingen om te voorkomen dat hij in de val van de slaafse nabootsing loopt. Hij behoeft geen andere weg in te gaan omdat de bescherming van vormgeving door inroepen van het leerstuk van de slaafse nabootsing er niet toe kan leiden dat alsnog techniek, die vrij is of vrij is geworden, wordt gemonopoliseerd.

5.14. De keuze voor een frame in omgekeerde V-vorm is een technische oplossing voor het probleem om op stevige maar ook gewichtbesparende wijze de afzonderlijke onderdelen van een kasdekreiniger met elkaar te verbinden en deze te dragen. Voor dat probleem bestaan meerdere oplossingen, ter zitting zijn voorgesteld een rechthoekig frame of een gebogen frame, maar de constructeur is vrij in zijn keuze.

5.15. Bij deze stand van zaken maakt Besseling misbruik van haar bevoegdheid door de tenuitvoerlegging van het vonnis van 20 december 2007 voort te zetten. Het sub 1 gevorderde zal worden toegewezen op de wijze als hieronder verwoord.

(…) 5.17. Gelet op de gedeeltelijke onbevoegdheid ziet de voorzieningenrechter aanleiding de proceskosten te compenseren.”

Lees het vonnis hier.