Gepubliceerd op maandag 14 oktober 2024
IEF 22293
Hof Arnhem-Leeuwarden ||
24 sep 2024
Hof Arnhem-Leeuwarden 24 sep 2024, IEF 22293; ECLI:NL:GHARL:2024:6028 (Kingspan tegen Rockwool), https://ie-forum.nl/artikelen/uiting-van-kingspan-en-uitingen-van-rockwool-over-de-on-brandbaarheid-van-isolatiemateriaal-door-het-hof-aangemerkt-als-ongeoorloofde-vergelijkende-reclame

Uitspraak ingezonden door Bas Peper en Thera Adam-van Straaten, Eversheds Sutherland.

Uiting van Kingspan en uitingen van Rockwool over de (on)brandbaarheid van isolatiemateriaal door het Hof aangemerkt als ongeoorloofde vergelijkende reclame

Hof Arnhem-Leeuwarden 24 september 2024, RB 3861, IEF 22293; ECLI:NL:GHARL:2024:6028 (Kingspan tegen Rockwool). Kingspan en Rockwool, twee marktleiders in isolatieproducten, raakten na de desastreuze Grenfell Tower-brand in 2017 verwikkeld in een juridische strijd over de brandveiligheid van hun producten. In deze procedure gaat het om de vraag of bepaalde mededelingen van Kingspan en van Rockwool over de brandveiligheid van hun eigen isolatieproducten misleidende reclame vormen, of Kingspan en/of Rockwool zich met uitlatingen over de producten van de ander schuldig heeft/hebben gemaakt aan ongeoorloofde vergelijkende reclame, dan wel of deze mededelingen anderszins onrechtmatig zijn tegenover de andere partij. 

In eerste aanleg oordeelde de rechtbank in conventie dat een uiting op de website van Kingspan, waarin werd gesteld dat ook als onbrandbaar geclassificeerd materiaal kan branden, en opmerkingen van een Kingspan-medewerker tijdens de NEN-studiedagen in 2019 over testresultaten van verschillende combinaties van isolatiemateriaal en gevelbekleding, ongeoorloofde vergelijkende reclame vormen. In reconventie oordeelde de rechtbank dat twee Twitterberichten van Rockwool over brandbaar isolatiemateriaal ongeoorloofde vergelijkende reclame zijn, en dat een mededeling op Rockwool’s website over hun eigen (dak)isolatieproducten misleidende reclame betreft. De rechtbank heeft de daarmee verband houdende vorderingen over en weer (deels in aangepaste vorm) toegewezen en de overige vorderingen afgewezen.

Het hof komt tot de conclusie dat van de in hoger beroep te beoordelen uitingen van Kingspan alleen de uitlating op haar website over als onbrandbaar geclassificeerd materiaal ongeoorloofde vergelijkende reclame oplevert, en dus onrechtmatig is jegens Rockwool. De opmerkingen van de Kingspan-medewerker tijdens de NEN-studiedagen in 2019 zijn volgens het hof, in tegenstelling tot het oordeel van de rechtbank, niet ongeoorloofd. Ten aanzien van de uitingen van Rockwool deelt het hof het oordeel van de rechtbank dat alle drie de uitingen, de twee Twitterberichten en de mededeling op de webpagina over (dak)isolatieproducten, misleidende reclame is.

5.40 Zoals blijkt uit wat hiervoor is overwogen, deelt het hof, op basis van de in deze procedure overgelegde stukken, het oordeel van de rechtbank dat bij de twee Twitterberichten sprake is van ongeoorloofde vergelijkende reclame en dat de tekst op de website van Rockwool over haar dakisolatieproducten misleidende reclame bevat. De grieven daarover falen dus en dat geldt dan ook voor grief 9, voor zover die daarop voortbouwt. Het hof is het wel eens met Rockwool dat het door de rechtbank uitgesproken bevel ruimer is dan Kingspan heeft gevorderd en dan op grond van de vastgestelde onrechtmatigheden is gerechtvaardigd. Toewijsbaar is het bevel om openbaarmaking van de uitingen zoals omschreven in rov. 3.26 van dit arrest en uitingen waarmee wordt gesuggereerd dat alle Rockwool dakisolatieproducten in Euroklasse A1 vallen en onbrandbaar zijn (zoals aangeduid in rov. 3.27 van dit arrest) te staken en gestaakt te houden. In zoverre slaagt grief 9. Het hof zal het bevel opnieuw formuleren.