IEF 22374
14 november 2024
Uitspraak

IE-klassieker: Endstra

 
IEF 22373
14 november 2024
Uitspraak

Hof oordeelt over bevoegdheid octrooigemachtigde na vertrek opdrachtnemer

 
IEF 22332
14 november 2024
Uitspraak

Geen inbreuk op persuitgeversrecht, auteursrecht en databankenrecht met nieuws-signaleringen

 
IEF 18545

Verwijdering onrechtmatige uitlatingen Facebook

Rechtbank Den Haag 21 jun 2019, IEF 18545; ECLI:NL:RBDHA:2019:6271 (Haagse wijk- en woonzorg tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/verwijdering-onrechtmatige-uitlatingen-facebook

Vzr. Rechtbank Den Haag 21 juni 2019, IEF 18545, IT 2807; ECLI:NL:RBDHA:2019:6271 (Haagse wijk- en woonzorg tegen X) Kort geding. Recht op vrijheid van meningsuiting versus recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. Haagse wijk- en woonzorg (HWW) is een aanbieder van zorg. Gedaagde is de zus van een dame die tot haar overlijden gedurende acht maanden in een verzorgingshuis van HWW heeft gewoond. Gedaagde heeft na de dood van haar zus negatieve berichten en filmpjes op Facebook gepubliceerd. Gedaagde stelt dat ze hiermee misstanden in de (verpleeghuis)zorg aan de kaak wil stellen. In ieder geval een aantal van de uitlatingen die betrekking hebben op eiseres is onjuist of ongefundeerd en heeft een beledigend karakter. Dergelijke uitlatingen worden op geen enkele manier gerechtvaardigd door het gestelde doel dat gedaagde met het plaatsen van de berichten en de filmpjes nastreeft. Verwijten en beschuldigingen zijn als vaststaande feiten op een voor iedereen toegankelijke Facebookpagina gepubliceerd. De grenzen van het betamelijke zijn overschreden en er is onrechtmatig gehandeld. Dergelijke ongefundeerde beschuldigen kunnen een negatief effect hebben op de reputatie en de bedrijfsvoering van HWW.

IEF 18544

Uitspraak ingezonden door Fleur Boom en Thomas Berendsen, LXA The Law Firm.

Inbreuk merk Relaxbaden bij gebruik Google Adwords

Rechtbank Oost-Brabant 19 jun 2019, IEF 18544; (Relaxbaden tegen Carelife), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-merk-relaxbaden-bij-gebruik-google-adwords

Rechtbank Oost-Brabant 19 juni 2019, IEF 18544, IT 2806; (Relaxbaden tegen Carelife) Handelsnaam. Merkenrecht. Inbreuk. Relaxbaden houdt zich bezig met onder andere de in-en verkoop en installatie van infraroodsauna’s en brengt onder het merk NOBEL SAUNAS de infraroodsauna’s op de markt. Carelife is actief in de wellnessbranche en brengt onder meer therapeutische infraroodcabines en -sauna’s op de markt. Hiervoor maakt zij gebruik van de handelsnaam SuperSauna. Carelife heeft gebruik gemaakt van een betaalde zoekmachineadvertentiedienst van Google, genaamd AdWords. Carelife heeft in 2015 t/m 2018 gebruik gemaakt van de AdWords “nobel” en “nobel sauna” waarbij 3 advertenties als zoekresultaat werd getoond. Relaxbaden vordert de inbreuk op de merken van Relaxbaden te staken, waaronder het gebruik van de tekens “nobel” en/of “nobel sauna’(s)” als Google AdWords. Carelife betwist dat er sprake is van merkinbreuk. Het lukt Carelife niet het ontbreken van merkinbreuk aan te tonen en moet het gebruik van het teken staken en gestaakt houden, voor zover dat gebruik als Google Adwords een verwijzing naar een advertentie van Carelife oplevert.

IEF 18542

Prejudiciële vragen over driedimensionaal merk

Overig 19 mrt 2019, IEF 18542; (Gömböc tegen het Bureau voor IE), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-driedimensionaal-merk

Kúria (Hongarije) 19 maart 2019, IEF 18542; IEFbe 2905 C-237/19 (Gömböc tegen het Bureau voor IE) Via MinBuza. Inschrijving merk. Merkenrecht. Gömböc heeft bij het Bureau voor IE in Hongarije een aanvraag ingediend voor inschrijving van een driedimensionaal teken als merk voor siervoorwerpen en siervoorwerpen uit glas of keramiek en speelgoederen. Het Bureau heeft deze aanvraag op basis van een weigeringsgrond in de Hongaarse Merkenwet afgewezen. Het Bureau stelt dat siervoorwerpen worden uitgesloten van merkregistratie als de tekens uitsluitend bestaan uit een vorm die een wezenlijke waarde aan de waar geeft, en de Gömböc ontleent zijn opvallende verschijningsvorm niet aan de vorm, maar aan het ontwerp.

IEF 18541

Terechte toewijzing schadevergoeding na auteursrechtelijke inbreuk foto's catsuit

Kantonrechter 14 jun 2019, IEF 18541; Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2019:4334 (Fotograaf tegen catsuitontwerper), https://ie-forum.nl/artikelen/terechte-toewijzing-schadevergoeding-na-auteursrechtelijke-inbreuk-foto-s-catsuit

Ktr Rechtbank Amsterdam 14 juni 2019, IEF 18541, IT&R 2805; ECLI:NL:RBAMS:2019:4334 (Fotograaf tegen catsuitontwerper) Auteursrecht. Portretrecht. Inbreuk. Een professioneel fotograaf heeft foto’s gemaakt op een boekpresentatie van een derde. Ontwerper ontwerpt en verkoopt catsuits. Op zijn website hebben veertien foto’s gestaan die door de fotograaf zijn gemaakt van de boekpresentatie. De ontworpen catsuit wordt op de foto’s gedragen. De fotograaf heeft verzocht de foto’s te verwijderen vanwege inbreuk op het auteursrecht en verzocht de geleden schade te vergoeden. De ontwerper heeft de foto’s verwijderd, maar de schade niet vergoed. De fotograaf vordert inbreuk op de auteurs- en persoonlijkheidsrechten en betaling van de schadevergoeding. Inbreuk wordt vastgesteld en de schadevergoeding worden toegewezen.

IEF 18540

Uitspraak ingezonden door Dmitry Grobokopatel, JPR.

Geen misbruik van bevoegdheid DMCA-klacht

Rechtbank Gelderland 19 jun 2019, IEF 18540; (Fietsunie tegen Powerbike), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-misbruik-van-bevoegdheid-dmca-klacht

Rechtbank Gelderland 19 juni 2019, IEF 18540; (Fietsunie tegen Powerbike) Eiser Fietsunie is een onderneming in het ombouwen van bestaande fietsen naar elektrisch aangedreven fietsen. Powerbike legt zich onder meer toe op de verkoop van materialen ten behoeve van elektronische fietsen. Fietsunie kopieerde teksten van Powerbike en plaatste deze op de eigen website. Powerbike diende een DMCA klacht in bij Google. Fietsunie start een procedure en stelt dat Powerbike misbruik van recht heeft gemaakt. Niet is vast komen te staan dat Powerbike door het indienen van de DMCA-klacht bij Google misbruik van haar bevoegdheid ex artikel 3:13 lid 2 BW heeft gemaakt dan wel dat zij op enig andere wijze onrechtmatig jegens Fietsunie heeft gehandeld. De vorderingen van Fietsunie zullen daarom worden afgewezen.

IEF 18539

Uitspraak ingezonden door Theo-Willem van Leeuwen, Abcor, en Mark Tsoutsanis, Cees en Rob Lever, La Gro Geelkerken.

NBG Monuglass moet ieder gebruik van teken Van Ruysdael staken

Rechtbank Den Haag 8 mei 2019, IEF 18539; (NBG Monuglass tegen T), https://ie-forum.nl/artikelen/nbg-monuglass-moet-ieder-gebruik-van-teken-van-ruysdael-staken

Rechtbank Den Haag 8 mei 2019, IEF 18539 (NBG Monuglass tegen T) Vervolg op eerdere uitspraken over merken Van Ruysdael [IEF 16918 en IEF 16475]. Eiser NBG Monuglass is een onderneming in monumentale beglazing. T is de bestuurder van een onderneming in isolerend enkelglas. NBG Monuglass zegt rechthebbende te zijn op het merkrecht en de handelsnaam 'Van Ruysdael" en verbiedt T merk en/of handelsnaam te gebruiken. NBG Monuglass moet ieder gebruik van het teken Van Ruysdael (o.a. merk, handelsnaam, website, domeinnamen en mailadressen met het bestanddeel Van Ruysdael ongeacht de schrijfwijze) staken en gestaakt houden. Uit niets blijkt dat de handelsnaam Van Ruysdael is overgedragen aan NBG Monuglass. De overgelegde akte van overdracht vermeldt slechts overdracht van het Benelux-merk Van Ruysdael.
T is in persoon geen rechthebbende op de intellectuele eigendomsrechten, maar omdat niet-nageleefde afspraken een belangrijke rol spelen bij de beslissing over wie rechthebbende is op de merkrechten en domeinnamen, worden de vorderingen ook namens T toegewezen.

IEF 18538

Uitspraak ingezonden door Gert-Jan van den Bergh en Auke van Hoek, Bergh Stoop & Sanders, en Berber Brouwer, Brouwer & Law.

Terechte ongeldigheid modelregistratie waterballonvuller Tinnus

EUIPO - OHIM 12 jun 2019, IEF 18538; (Tinnus Enterprises tegen Mystic Products en Koopman International ), https://ie-forum.nl/artikelen/terechte-ongeldigheid-modelregistratie-waterballonvuller-tinnus

EUIPO Board of Appeal 2 juni 2019, IEF 18538, IEFbe 2904; R1002/2018-3 (Tinnus Enterprises tegen Mystic Products en Koopman International) Bevestigd wordt dat de Invalidity Division terecht de ongeldigheid heeft uitgesproken van de modelregistratie van Tinnus voor een waterballonvuller (fluid distribution equipment), omdat alle kenmerken van het model uitsluitend door de technische functie zijn bepaald. De DOCERAM-uitspraak van het HvJ EU wordt toegepast [IEF 17542 en zie ook IEF 17701 en IEF 18001] waarin de ‘multiplicity of forms’ theorie is afgewezen en bevestigt dat het bestaan van technische alternatieven niet betekent dat het model niet technisch is bepaald.

IEF 18537

Prejudiciële vragen over toepassing en reikwijdte Artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 jun 2019, IEF 18537; ECLI:NL:GHARL:2019:5012 (DOC tegen Dairy Partners), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-toepassing-en-reikwijdte-artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 juni 2019, IEF 18537; ECLI:NL:GHARL:2019:5012 (DOC tegen Dairy Partners) Tussenbeschikking. Dairy Partners produceert geknede kazen (pasta filata), zoals mozzarella en pizzakaas. Dairy Partners verkoopt haar geknede kazen aan de zakelijke markt in 23 landen, waaronder Nederland. Zij is een grote en bekende speler. DOC is een groot zuivelconcern in Duitsland en in meer dan 100 landen actief. DOC komt op tegen de feitelijke beoordeling van het gestelde verwarringsgevaar door de kantonrechter. DOC stelt, kort gezegd, dat de activiteiten van beide ondernemingen niet nagenoeg vergelijkbaar zijn (grief I) en dat door toevoeging van de afkorting DOC het voor het publiek, dat deskundig is, duidelijk zal zijn dat het om twee verschillende ondernemingen gaat (grieven III en IV). Onder grief II betwist DOC dat de handelsnaam Dairy Partners niet louter beschrijvend is. Het hof stelt prejudiciele vragen over de toepassing en reikwijdte van het Artiestenverloning-arrest [IEF 15523 en IEF 16539]. Gelden voor een succesvol beroep op artikel 5 Handelsnaamwet in geval van een beschrijvende handelsnaam aanvullende voorwaarden naast het in dat artikel genoemde verwarringsgevaar?

IEF 18536

Bevestiging nietigheid driestrepen-merk Adidas

Gerecht EU (voorheen GvEA) 19 mei 2019, IEF 18536; (Adidas tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/bevestiging-nietigheid-driestrepen-merk-adidas

Gerecht EU 19 juni 2019, IEF 18536, IEFbe2903 (Adidas tegen EUIPO) In 2013 heeft verzoekster Adidas bij EUIPO een Uniemerkaanvraag ingediend voor het beeldmerk: „Drie op dezelfde afstand van elkaar geplaatste parallel lopende strepen van gelijke lengte die in welke richting dan ook op de waar zijn aangebracht”. Het merk is onder nummer 12442166 ingeschreven. Interveniënte, Shoe Branding Europe BVBA vorderde daarop nietigverklaring van het betrokken merk. Deze vordering is toegewezen wegens het ontbreken van elk – zowel intrinsiek als door het gebruik verkregen – onderscheidend vermogen. Adidas stelt dat de kamer van beroep ten onrechte talrijke bewijzen buiten beschouwing heeft gelaten omdat deze betrekking hadden op andere tekens dan het betrokken merk en, in de tweede plaats, dat de kamer van beroep de zaak onjuist heeft beoordeeld door vast te stellen dat niet was aangetoond dat het betrokken merk onderscheidend vermogen had verkregen als gevolg van het gebruik dat ervan is gemaakt op het grondgebied van de Unie. Het beroep wordt verworpen.

IEF 18535

Uitspraak ingezonden door Olaf van Haperen en Nadiya Disveld, Eversheds Sutherland.

Geen bewijs eigen openbaar voorgebruik VG Colour

Rechtbank Den Haag 19 jun 2019, IEF 18535; ECLI:NL:RBDHA:2019:6407 (HE Licenties tegen VG Colours), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-bewijs-eigen-openbaar-voorgebruik-vg-colour

Rechtbank Den Haag 19 juni 2019, IEF 18535; ECLI:NL:RBDHA:2019:6407 (HE Licenties tegen VG Colours) Langlopende octrooi-procedure inzake de kleuring van orchideeën. Vervolg op het tussenvonnis [IEF 17517] waarin VG Colours werd toegelaten haar gestelde eigen openbaar voorgebruik te bewijzen en het beroep op verlies van rechtskracht en toegevoegde materie te bepleiten. In het bewijs van het eigen openbaar voorgebruik is VG Colours niet geslaagd. Inbreuk op conclusies 11,12,13 en/of 15 wordt aangenomen. Deze zaak is eveneens een vervolg op het eerder door VG Colours gewonnen kort geding [IEF 15239] en op de zaak over bestuurdersaansprakelijkheid [IEF 17544] met betrekking tot de onbetaalde proceskostenveroordeling.