Gepubliceerd op dinsdag 18 november 2008
IEF 7299
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Aanwijzing van de voorwerpen (privé-kopie)

Staatsblad 2008,468. Besluit van 7 november 2008, houdende wijziging van het Besluit van 5 november 2007, houdende aanwijzing van de voorwerpen, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet 1912, en tot vaststelling van nadere regels over de hoogte en de verschuldigdheid van de vergoeding, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet 1912

"Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 10 oktober 2008, nr. 5568273/08/6, Directie Wetgeving, Sector Privaatrecht; Gelet op artikel 16c, zesde lid, van de Auteurswet, en artikel 10, onderdeel e, van de Wet op de naburige rechten; De Raad van State gehoord (advies van 22 oktober 2008, nr. W03.08.0435/II); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 3 november 2008, nr. 5570935/08/6;

Hebben goedgevonden en verstaan: Artikel 1 In artikel 4, tweede lid, van het Besluit van 5 november 2007, houdende aanwijzing van de voorwerpen, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet 1912, en tot vaststelling van nadere regels over de hoogte en de verschuldigdheid van de vergoeding, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet 1912, wordt de datum «1 januari 2009» vervangen door: 1 januari 2010.

Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip en kan terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip."

’s-Gravenhage, 7 november 2008.

Lees het staatsblad hier.