Gepubliceerd op dinsdag 21 januari 2020
IEF 18959
Rechtbank Den Haag ||
17 jan 2020
Rechtbank Den Haag 17 jan 2020, IEF 18959; ECLI:NL:RBDHA:2020:31 (JuMatech tegen Asperitas), https://ie-forum.nl/artikelen/asperitas-pleegt-merkinbreuk-in-video-s

Uitspraak ingezonden door Gino van Roeyen, LAWNCH.

Asperitas pleegt merkinbreuk in video's

Vzr. Rechtbank Den Haag 17 januari 2020, IEF 18959, IT 3015; ECLI:NL:RBDHA:2020:31 (JuMatech tegen Asperitas) JuMatech en Asperitas waren aandeelhouders in de voormalige jointventure Beehive, wiens doel het ontwikkelen en verkopen van vloeistofgekoelde mobiele datacentra bestemd voor blockchain en mining technologie was. Ten behoeve van deze samenwerking zijn in delen van video’s modules van JuMatech te zien, die op de website, Facebook-, Twitter- en/of LinkedIn-pagina’s van Asperitas beschikbaar zijn. De samenwerking is op een gegeven moment geheel beëindigd, waarna JuMatech stelt dat Asperitas door deze video’s inbreuk maakt op de merkenrechten van JuMatech. Tussen partijen is in geschil of Asperitas met de video’s gebruik maakt van het Bij-logo in het economisch verkeer voor waren en diensten.

Er wordt geoordeeld dat het Bij-logo te zien is in de video en dat er dus sprake is van merkgebruik. Het verwarringsgevaar moet globaal worden beoordeeld aan de hand van de indruk die de tekens bij de gemiddelde consument van de betrokken waren achterlaten, met inachtneming van alle relevante omstandigheden van het geval, waaronder de mate van overeenstemming tussen het merk en het teken, de soortgelijkheid van de waren of diensten en de onderscheidende kracht van het merk. Naar voorlopig oordeel is sprake van verwarringsgevaar tussen het door Asperitas gebruikte Bij-logo en het Uniebeeldmerk. Zelfs publiek dat bekend is met de verschillende ondernemingen van partijen zal aan de hand van het onderhavige gebruik door Asperitas van het Bij-logo op zijn minst genomen kunnen menen dat deze ondernemingen economisch met elkaar verbonden zijn, in welk geval sprake is van indirect verwarringsgevaar.

4.12 Tussen partijen is in geschil of Asperitas met de Video’s gebruik maakt van het Bij-logo in het economisch verkeer voor waren en diensten. In dat verband heeft Asperitas allereerst aangevoerd dat het Bij-logo in de Video’s niet of nauwelijks zichtbaar is. Overwogen wordt dat in elk geval op de hiervoor onder 2.10 opgenomen screenshots het Bij-logo zodanig zichtbaar is dat dit naar voorlopig oordeel kwalificeert als gebruik daarvan. Dat geldt te meer nu de Video’s als onderwerp de modules hebben, en juist op die modules de Bij-logo’s zijn aangebracht.

4.17 Naar voorlopig oordeel is sprake van verwarringsgevaar tussen het door Asperitas gebruikte Bij-logo en het Uniebeeldmerk. Wat betreft de waarneembaarheid van het logo, waarop Asperitas zich ook in verband met het verwarringsgevaar heeft beroepen, wordt verwezen naar hetgeen hiervoor onder 4.12 is overwogen. Het in de Video’s gebruikte logo betreft het Bij-logo dat in samenspraak tussen partijen op de modules is geplaatst en derhalve het logo dat JuMatech zelf (in de Jumatech-Merken) gebruikt. Er is dus sprake van een teken dat (wat vorm betreft) identiek is aan het logo in het Uniebeeldmerk, zodat op dit punt (visuele) overeenstemming bestaat. Hierbij geldt dat dit logo een prominente plaats inneemt in de totaalindruk van het Uniebeeldmerk. Het in het Uniebeeldmerk opgenomen kader ontbreekt in het gebruikte teken, maar dit geldt als een betrekkelijk algemene vorm waaraan weinig onderscheidende kracht en betekenis in de totaalindruk toekomt. Aan de in het Uniebeeldmerk opgenomen letters BTS komt weliswaar een groter gewicht toe, het ontbreken van (visuele dan wel auditieve) overeenstemming op dit onderdeel wordt echter gecompenseerd door het identieke logo. Het Uniebeeldmerk heeft voorshands oordelend minimaal een gemiddeld onderscheidend vermogen. Tussen partijen is voorts wat betreft het Uniebeeldmerk niet in geschil dat de waren en diensten die Asperitas aanbeidt gelijk zijn aan (een deel van) de waren en diensten waarvoor dit merk is ingeschreven. Ook indien – gelet op de aard van de waren en diensten – zou moeten worden uitgegaan van een publiek met een hoger aandachtsniveau, brengt de mate van overeenstemming en de gelijkheid in waren en diensten naar voorlopig oordeel mee dat sprake is van verwarringsgevaar. Zelfs publiek dat bekend is met de verschillende ondernemingen van partijen zal aan de hand van het onderhavige gebruik door Asperitas van het Bij-logo op zijn minst genomen kunnen menen dat deze ondernemingen economisch verbonden zijn, in welk geval sprake is van indirect verwarringsgevaar.