Gepubliceerd op vrijdag 23 september 2022
IEF 20973
Rechtbank Rotterdam ||
6 jul 2022
Rechtbank Rotterdam 6 jul 2022, IEF 20973; ECLI:NL:RBROT:2022:7794 (Eiser tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/beroep-op-artikel-5-handelsnaamwet-faalt

Beroep op artikel 5 Handelsnaamwet faalt

Vzr. Rb. Rotterdam 6 juli 2022, IEF 20973; ECLI:NL:RBROT:2022:7794 (eiser tegen gedaagde) Eiser exploiteert een verloskundigenpraktijk. Gedaagde is verloskundige en exploiteert ook een verloskundigenpraktijk. In dit geding vordert eiser dat gedaagde wordt veroordeeld het gebruik van haar handelsnaam te staken en ieder gebruik van een handelsnaam die in relatie tot de handelsnaam van eiser verwarringsgevaar oplevert, te staken. Op verzoek van eiser heeft gedaagde per februari 2022 haar handelsnaam gewijzigd. In onder meer telefonisch contact maakt gedaagde gebruik van de van haar handelsnaam afgekorte namen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de nieuwe handelsnaam van gedaagde duidelijk afwijkt van de handelsnaam van eiser. De oude en de verkorte (nieuwe) handelsnaam wijkt echter slechts in geringe mate af van de handelsnaam van eiser.

Om te kunnen beoordelen of er sprake is van een handelsnaaminbreuk moet er een oordeel worden geveld over het onderscheidend vermogen van de handelsnaam van eiser. De voorzieningenrechter meent dat de handelsnaam van eiser geen onderscheidend vermogen heeft. De door eiser overlegde verklaringen tonen niet aan dat er sprake was van inburgering. De voorzieningenrechter oordeelt dat het niet aannemelijk is dat het relevante publiek de handelsnaam van eiser herkent en deze rechtstreeks koppelt aan de onderneming van eiser. Ook mag er van het relevante publiek verwacht worden dat zij vanwege de aangeboden dienstverlening meer oplettend zijn dan het normaal oplettende publiek. Al met al oordeelt de voorzieningenrechter dat het beroep van eiser op artikel 5 Hnw faalt. De vorderingen van eiser worden daarom afgewezen.

4.8. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is de door [eisers01] gevoerde handelsnaam ‘ [handelsnaam04] (al dan niet met de toevoeging en [plaats04] )’ beschrijvend voor de aard van de door haar gevoerde onderneming en de door haar geboden diensten en de locaties waar zij deze diensten uitvoert. Dat de door [eisers01] gevoerde handelsnaam zuiver beschrijvend is voor haar bedrijfsactiviteiten, is door [eisers01] ook niet met zoveel woorden bestreden. [eisers01] stelt alleen dat zij tijdens de start van de praktijk in 1996 - toen nog geen sprake was van vrije vestiging - in de omgeving uniek was door een groepspraktijk te beginnen. Het hanteren van de handelsnaam ‘ [handelsnaam01] ’, zonder daarin bijvoorbeeld de namen van de verloskundigen te noemen, leek destijds daarom een goed idee, juist ook in het kader van eventuele toekomstige toetreding van nieuwe maten. Die toelichting doet er evenwel niet af dat de handelsnaam van [eisers01] naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter van huis uit geen onderscheidend vermogen heeft. In beginsel geldt dan dat aan de handelsnaam van [eisers01] geen of slechts geringe handelsnaamrechtelijke bescherming toekomt.

4.10. De door [eisers01] overgelegde verklaringen kunnen haar in dit verband niet baten. Op grond van die verklaringen kan immers voorshands niet worden geconcludeerd dat de door haar gevoerde handelsnaam (nu nog, in tijden van vrije vestiging van verloskundigen en de trend dat meer beschrijvende namen als handelsnaam worden gebruikt) onderscheidend vermogen heeft vergaard door inburgering. Het enkele gegeven dat de handelsnamen van [eisers01] inmiddels een zekere bekendheid genieten onder het relevante publiek, is voor het aannemen van inburgering immers niet voldoende.

4.12. Zoals reeds is overwogen is de door [eisers01] gevoerde handelsnaam beschrijvend voor de aard van de door haar geboden diensten en de locatie(s) waar zij deze diensten uitoefent en is niet aannemelijk dat deze handelsnaam ingeburgerd is. Het is dan ook niet aannemelijk dat het (huidige) relevante publiek de door [eisers01] gevoerde handelsnaam (her)kent en deze rechtstreeks in verband brengt met de onderneming van [eisers01]

Verder is van belang dat van het relevante publiek, waarop beide partijen zich richten, mag worden verwacht dat zij, mede gezien de precaire medische aard van de aangeboden dienstverlening, meer oplettend zijn dan het brede, normaal oplettende publiek. Dit publiek zal zich er bovendien bewust van zijn dat er in [plaats03] verschillende verloskundigenpraktijken kunnen zijn die zich met een beschrijvende handelsnaam presenteren en aan het economisch verkeer deelnemen en zich ook met zoektermen als ‘verloskundige in Brielle ’ en ‘ verloskundigepraktijk Brielle ’ via zoekmachines als Google laten vinden. Vaststaat immers dat de betrokken diensten locatie-gebonden zijn. Dat zich bij onlineactiviteiten zoals het zoeken via zoekmachines juist vanwege de gelijkenis in de namen door snelheid en/of onoplettendheid vergissingen kunnen voordoen, betekent nog niet dat (te duchten valt dat) het normaal oplettende publiek de ondernemingen met elkaar verwart dan wel aanneemt dat tussen hen een economische band bestaat. Veeleer acht de voorzieningenrechter aannemelijk dat een cliënt de naam van de behandelend verloskundige in persoon zoekt en noemt in al dan niet nijpende situaties in plaats van de naam van de praktijk als geheel. Aannemelijk kan worden geacht dat enkel vóór het eerste contact met de verloskundige op het internet wordt gezocht op de naam van de praktijk als geheel.

Feitelijk gebleken is voorts dat met het intoetsen van de zoekterm ‘verloskundigenpraktijk Brielle’ in Google de site van [eisers01] bovenaan in de hits verschijnt, en daaronder pas de website van [gedaagde01] met daarbij de uitdrukkelijke vermelding van haar naam ‘ [gedaagde01] ’ en haar logo. Ondanks de overeenstemming tussen de door partijen gevoerde handelsnamen valt dan ook te verwachten dat het publiek de verschillen tussen de beide handelsnamen zal opmerken, mede gelet op de wijze waarop partijen hun handelsnamen zowel online (via hun websites) als via andere (offline) (reclame/social media) uitingen presenteren, al dan niet vergezeld van de door hen gebruikte verschillende logo’s. Daarbij komt dat tussen partijen duidelijke (en kenbare) verschillen bestaan, bijvoorbeeld in de plek van vestiging. het aantal cliënten dat zij bedienen in [plaats03] , de omstandigheid dat [gedaagde01] enkel poliklinische bevallingen verricht in [plaats07] en [plaats06] en [eisers01] niet en de specialisatie die [gedaagde01] heeft.