Gepubliceerd op donderdag 23 februari 2017
IEF 16609
Kantonrechter ||
25 jan 2017
Kantonrechter 25 jan 2017, IEF 16609; ECLI:NL:RBDHA:2017:785 (Euromast), https://ie-forum.nl/artikelen/bewijsaanbod-in-vrijwaringszaak-over-afgesneden-euromast-foto

Bewijsaanbod in vrijwaringszaak over afgesneden Euromast-foto

Rechtbank Den Haag 25 januari 2017, IEF 16609; ECLI:NL:RBDHA:2017:785 (Euromast) Tussenvonnis. B is beroepsfotograaf. VOF handelt in advertentieruimte en tijd om consumenten kortingen aan te bieden. Met Euromast zou een kortingsactie worden ingepland en daarvoor wordt, zonder naamsvermelding, een uitsnede van een door Euromast aan VOF gestuurde foto op de website geplaatst. Dat is een auteursrechtinbreuk. Dat VOF het gerechtvaardigd vertrouwen had deze foto te mogen gebruiken, is relevant voor de verhouding met Euromast. In de vrijwaringszaak betoogt VOF dat zij het website-concept in de litigieuze layout aan Euromast heeft voorgelegd en per e-mail goedkeuring heeft ontvangen. Er wordt gelegenheid gegeven dat bewijsaanbod te doen. Iedere beslissing wordt aangehouden.

4.2. Dat [A B.V.] niettemin niet-ontvankelijk zou zijn omdat zij haar auteursrecht zou hebben overgedragen, zoals [de V.O.F.] suggereert, wordt verworpen. [de V.O.F.] verwijst ter zake naar eerdergenoemde schermafdruk van de Rotterdam Image Bank waarop een foto, getiteld ‘465-Rotterdam-Image-Bank.jpg’, is te zien die een treffende gelijkenis vertoont met de Euromast-foto, en waar bij de bestandseigenschappen is vermeld ‘Copyright Rotterdam Image Bank’. Dat de auteursrechten zouden zijn overgedragen aan de Rotterdam Image Bank is door [A B.V.] bestreden. Nu [de V.O.F.] daaromtrent (buiten de verwijzing naar de Rotterdam Image Bank) niets concreets heeft gesteld, er geen overdrachtsakte ter zake voorhanden is of het bestaan daarvan wordt gesteld en [de V.O.F.] ter zake ook geen bewijs heeft aangeboden, wordt dat verweer verworpen. De kantonrechter oordeelt dat [A B.V.] ontvankelijk is in haar vorderingen.

4.3. [de V.O.F.] heeft tegen de inhoudelijke stellingen van [A B.V.] omtrent de auteursrechtinbreuk en de inbreuk op de persoonlijkheidsrechten geen verweer gevoerd. Wel voert [de V.O.F.] aan dat zij er in de gegeven situatie op mocht vertrouwen dat Euromast toestemming van [A B.V.] had verkregen om de Euromast-foto voor het beoogde gebruik aan [de V.O.F.] te verschaffen, zodat de onrechtmatigheid van de gedraging vervalt, althans dat de schadevergoeding op grond van artikel 6:109 Burgerlijk Wetboek (BW) moet worden gematigd. De kantonrechter verwerpt dat betoog. Het gerechtvaardigd vertrouwen-verweer van [de V.O.F.] is mogelijk relevant in de verhouding tussen haar en Euromast (in de vrijwaringszaak), maar niet relevant voor de vraag of het plaatsen van de Euromast-foto op de wijze zoals dat is gebeurd onrechtmatig (want auteursrechtinbreuk) is jegens [A B.V.] . Ook valt zonder toelichting, die ontbreekt, niet in te zien waarom in de gegeven omstandigheden de verplichting van vergoeding van de gehele schade van [A B.V.] tot kennelijk voor [de V.O.F.] onaanvaardbare gevolgen zou leiden als in artikel 6:109 lid 1 BW bedoeld.

4.4. Op grond van het voorgaande oordeelt de kantonrechter dat [de V.O.F.] inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van [A B.V.] en op grond daarvan aansprakelijk is voor de door [A B.V.] geleden schade als gevolg van het gebruik van de Euromast-foto.