Gepubliceerd op donderdag 25 februari 2010
IEF 8620
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

De automotive branche

Vzr. Rechtbank Utrecht, 17 februari 2010, KG ZA 09-1377, Aiuto B.V. tegen Allocar Concepts B.V. (met dank aan Lars Bakers, Bingh Advocaten)

Handelsnaamrecht. Merkenrecht. Handelsnaam Aiuto heeft ‘voldoende onderscheidend vermogen’, handelsnaamrechtelijk verwarringsgevaar is te duchten, ook, in verband met het woordmerk Aiuto, ‘omtrent de herkomst van de waren’. Inbreuk “sub b” eveneens aangenomen. In citaten:

4.5. Tussen partijen is niet in geschil dat Aiuto de handelsnaam Aiuto sinds 2003 rechtmatig voert, reeds lang voordat Allocar de handelsnaam Ajuto voerde. De handelsnaam Aiuto heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende onderscheidend vermogen. De handelsnamen Ajuto of Ajuto Green, die Allocar tot voor kort bezigde, wijken daar in visueel en auditief opzicht slechts in geringe mate van af. De toevoeging "Green" komt hierbij onvoldoende onderscheidende kracht toe.

4.6. De voorzieningenrechter leidt uit de in het handelsregister opgenomen bedrijfsomschrijvingen van Aiuto en Allocar en de overige door partijen overgelegde stukken af, dat Aiuto en Allocar soortgelijke bedrijfsactiviteiten verrichten. Aiuto en Allocar zijn allebei onder meer werkzaam in de automotive branche en houden zich bezig met commerciële dienstverlening aan autodealers ten behoeve van de verkoop van auto's. (…) Gezien het voorgaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat, gelet op de aard van de beide ondernemingen en de plaats waar zij gevestigd zijn, bij het publiek - hun klanten - verwarring tussen deze ondernemingen te duchten is en dat Allocar in strijd handelt met het verbod van artikel 5 HNW. De voorzieningenrechter wijst erop dat Aiuto niet hoeft aan te tonen dat bij het publiek daadwerkelijk verwarring is ontstaan. Evenmin is in dit verband relevant, dat Allocar volgens haar eigen opgave nog geen omzet heeft gedraaid.

4.7. In artikel 5a HNW is bepaald dat het verboden is een handelsnaam te voeren, die het merk bevat, waarop een ander ter onderscheiding van zijn fabrieks- of handelswaren recht heeft, dan wel een aanduiding, die van zodanig merk slechts in geringe mate afwijkt, voor zover dientengevolge bij het publiek verwarring omtrent de herkomst van de waren te duchten is.

4.8. Tussen partijen is niet in geschil dat Aiuto haar handelsnaam als Benelux woordmerk heeft geregistreerd. Zoals ten aanzien van artikel 5 HNW al is opgemerkt, wijkt de handelsnaam Ajuto slechts in geringe mate af van het merk Aiuto. De voorzieningenrechter is van oordeel dat hierdoor ook verwarring bij het publiek omtrent de herkomst van de waren van Aiuto is te duchten. Allocar handelt daarom ook in strijd met het verbod van artikel 5a HNW.

4.9. De voorzieningenrechter is gezien het voorgaande van oordeel dat Allocar tevens in strijd handelt met het bepaalde in artikel 2.20 lid 1 aanhef en sub b BVIE. Ingevolge dit artikelonderdeel geeft het ingeschreven merk de houder een uitsluitend recht en kan de merkhouder op grond van zijn uitsluitend recht iedere derde die niet zijn toestemming hiertoe heeft verkregen, het gebruik van een teken verbieden wanneer dat teken gelijk is aan of overeenstemt met het merk en in het economisch verkeer gebruikt wordt voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten, indien daardoor bij het publiek verwarring kan ontstaan, inhoudende het gevaar van associatie met het merk.  4.10. Gezien het voorgaande concludeert de voorzieningenrechter dat Allocar in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in de artikelen 5 en 5a HNW en artikel 2.20 lid 1 aanhef en sub b BVIE. Zij heeft hierdoor onrechtmatig gehandeld jegens Aiuto.

Lees het vonnis hier.