Gepubliceerd op maandag 13 oktober 2025
IEF 22990
Hoge Raad ||
10 okt 2025
Hoge Raad 10 okt 2025, IEF 22990; ECLI:NL:HR:2025:1524 (GIB tegen BNNVARA), https://ie-forum.nl/artikelen/de-hoge-raad-verwerpt-cassatieberoep-in-zembla-zaak-over-granuliet

De Hoge Raad verwerpt cassatieberoep in Zembla-zaak over granuliet

HR 10 oktober 2025, IEF 22990; IT 4967; ECLI:NL:HR:2025:1524 (GIB tegen BNNVARA). In 2020 heeft Zembla zich in een tv-uitzending kritisch uitgelaten over het storten van granuliet in natuurplassen. GIB is de producent van granuliet en meent dat haar reputatie door de uitzending is geschaad. Bij de rechtbank kreeg GIB gelijk [IEF 20936]. Maar in hoger beroep oordeelde het hof dat de uitingen niet onrechtmatig waren [IEF 22061]. A-G Hartlief concludeerde dat de cassatieklachten falen en adviseerde tot verwerping. Hij benadrukt dat er geen sprake is van rechtseenheidsproblemen omdat in deze civiele procedure niet de vraag centraal staat of granuliet als grond moet worden aangemerkt, maar of de uitlatingen van Zembla destijds voldoende feitelijke steun hadden. Ook tegen de uitspraken van de deskundige in de uitzending werd geprocedeerd [IEF 22900]. Ook deze werden in hoger beroep als niet onrechtmatig bestempeld [IEF 22067]. Hier heeft de A-G zich ook over uitgesproken (ECLI:NL:PHR:2025:912). 

De Hoge Raad buigt zich nu over deze kwestie. De klachten kunnen niet leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, artikel 81 lid 1 Wet RO. De Hoge Raad komt tot dezelfde conclusie over de uitspraken van de deskundige (ECLI:NL:HR:2025:1525).

3 Beslissing 

De Hoge Raad: 

- verwerpt het beroep; 

- veroordeelt GIB in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van BNNVARA begroot op € 873,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien GIB deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.