Gepubliceerd op maandag 29 maart 2010
IEF 8723
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

De tot uitdrukking gebrachte wil van partijen

Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 29 maart 2010, KG ZA 10-88, Stichting Depositofonds CUVO & Coöperatieve Uitvaartvereniging “De Volharding” tegen Cuvo B.V. c.s. (met dank aan Gregor Vos, Klos Morel Vos & Schaap).

Auteursrecht. Logo. Uiteengelopen samenwerking in de uitvaartbranche. Eiser de Volharding  (Depositofonds & De Vereniging) en gedaagde Cuvo en betwisten het auteursrecht op een 32 jaar oud logo. Auteursrecht berust volgens de voorzieningenrechter bij eiser De Vereniging en niet bij eiser het Depositofonds (zoals eisers gezamenlijk uitdrukkelijk stellen) en de inbreukvordering van eiser kan derhalve daarom al niet worden toegewezen. Uit de ten overvloede blijkt echter dat het auteursrecht sowieso is overgedragen aan gedaagde Cuvo. Niet betwiste 1019h proceskosten: €20.050,50.

4.3. Op grond van deze producties is niet aannemelijk dat het Depositofonds rechthebbende op het auteursrecht is. Vooralsnog is er integendeel vanuit te gaan dat de Vereniging auteursrechthebbende is geweest tot in ieder geval de oprichting van Cuvo. De stelling van de Volharding dat de kosten van het ontwerp van het logo door het Depositofonds zijn gedragen en dat om die reden het Depositofonds als auteursrechthebbende moet worden aangemerkt, doet daar niet aan af. Ook al zou het Depositofonds de kosten hebben betaald, daarmee is zij nog geen auteursrechthebbende geworden.

4.4. Nu de Volharding zich uitdrukkelijk heeft beperkt tot de stelling dat het auteursrecht bij het Depositofonds ligt - naar mag worden aangenomen omdat Cuvo zich op het standpunt heeft gesteld dat bij de oprichting alle activa waaronder het auteursrecht zijn ingebracht - leidt reeds het voorgaande tot afwijzing van de vorderingen.

4.5. Echter, ook indien moet worden aangenomen dat de Vereniging auteursrechthebbende is, kunnen de vorderingen niet worden toegewezen. Voor zover daarover enige twijfel zou bestaan, blijkt uit de hiervoor onder 2.1.2 weergegeven passages uit de akte van inbreng voldoende dat deze inbreng ook betrekking had op rechten als het onderhavige auteursrecht. Vooralsnog wordt geoordeeld dat met deze akte het auteursrecht is overgedragen aan Cuvo, ook al ontbreekt, wals de Volharding heeft aangevoerd, de in de akte bedoelde beschrijving van activa en passiva. Deze beschrijving lijkt te zijn opgenomen in verband met de waardering van de inbreng. In ieder geval doet het niet af aan de in de akte tot uitdrukking gebrachte wil van partijen om alle activa van de uitvaartonderneming in te brengen. Daartoe behoort voorshands oordelend uiteraard ook het auteursrecht op het gebruikte logo.

Lees het vonnis hier. Zie ook: Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 12 november 2009, IEF 8346 (CUVO /UBN).