Gepubliceerd op vrijdag 3 september 2010
IEF 9066
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Draconische maatregelen

Kamiel Koelman, Van Diepen Van der Kroef: Wetsvoorstel nieuw auteurscontractenrecht (in Boekblad Magazine 6 augustus 2010, p. 22-25.)

“De Nederlandse inconsequentie biedt een uitgever die straks toch volledig de rechten wil krijgen, de mogelijkheid om met de auteur een (tijdelijke) arbeidsovereenkomst aan te gaan, zodat de uitgever van rechtswege rechthebbende wordt, alsof de rechten volledig aan hem zijn overgedragen. Het is veel meer gedoe dan het opstellen van een uitgeefovereenkomst, maar misschien toch de moeite waard, omdat de uitgever dan niets meer te maken heeft met het hier besproken auteurscontractenrecht.”

“Het afschaffen van de overdracht hoeft op zichzelf niet dramatisch te zijn. Een licentie kan zodanig worden vormgegeven dat de gevolgen ervan bijna hetzelfde zijn als die van een overdracht. (…) Maar als de voorgestelde wijziging wordt aangenomen, kunnen straks álle exclusieve licenties na vijf jaar door de auteur worden opgezegd.”
 
“Er is één mogelijkheid om hier onderuit te komen. Volgens het wetsvoorstel kan een langere periode van exclusiviteit worden overeengekomen, als dat wordt geregeld bij overeenkomsten waarover collectief is onderhandeld (…) Eigenlijk lijkt de belangrijkste reden van de – toch wel draconische - invoering van de maximale periode van exclusiviteit te zijn om uitgevers aan te sporen om collectief te onderhandelen over auteurscontracten. Zoals vakbonden centraal onderhandelen over CAO’s, zo moeten vertegenwoordigers van schrijvers en van uitgeverijen dat ook gaan doen, zo is het idee.”

De doelstelling om collectieve onderhandelingen te stimuleren blijkt ook uit een nieuwe bepaling die regelt dat een auteur altíjd recht heeft op een ‘billijke vergoeding’, als hij een exclusieve licentie verleent. (…) Een uitgever heeft onder het voorstel alléén zekerheid dat de vergoeding die hij met de auteur overeenkomt ‘billijk’ is, als over die vergoeding collectief is onderhandeld en het resultaat van die onderhandelingen door de minister officieel ‘billijk’ is verklaard. Het heeft wat weg van het minimumloon.”

Lees het gehele artikel hier.