Driedimensionaal merk Campari mist onderscheidend vermogen

Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie 11 augustus 2023, IEF 21616; applicatienr. 018788787 (EUIPO/Davide Campari) In deze zaak oordeelt het Bureau voor de intellectuele eigendom van de Europese Unie (hierna: het Bureau) over een driedimensionaal merk dat dit te weinig onderscheidend vermogen heeft om als merk te kunnen fungeren. Het betreft een rode fles met een doorschijnende nek en groeven bij de voet van de fles. Het Bureau stelt dat het merk in de ogen van het relevante publiek slechts als een houder voor vloeistoffen gezien zal woden en dat de kleur van verpakking niet per se een manier van identificatie voor consumenten is. Inschrijving van het merk mag daarom niet plaatsvinden.

Davide Campari stelt dat het merk wel onderscheidend is, omdat het onderscheidende vermogen gebaseerd is op de totaalindrukken die het merk achterlaat. De combinatie van de kleur en groeven zouden het merk daarom onderscheidend vermogen geven. Ook is de verpakking van het product op markt waarop Davide Campari actief is van belang om het product te onderscheiden van concurrenten. Daarnaast kopen consumenten alcohol in supermarkten, waar een beslissing vaak snel genomen wordt, gebaseerd op de vormgeving van producten. De argumenten van Davide Campari kunnen het Bureau niet overtuigen. De kleur en de groeven geven de fles geen onderscheidend vermogen. De gemiddelde consument analyseert een product niet voordat het gekocht wordt, waarbij subtiele vormen niet opvallen en er meer aandacht wordt besteed aan het etiket. Het doel van een merk is dan ook om de herkomst van een product aan te geven. De kenmerken die Davide Campari aanwijst doen dat niet, omdat andere flessen op de markt dit ook doen en het ontwerp van de fles niet significant van de norm afwijkt. De merkinschrijving wordt gedeeltelijk afgewezen.

The   Office   again   finds   a   certain   degree   of   contradiction   in   the applicant's argumentation which, on the one hand, acknowledges that the embossed effect caused by the set of parallel grooves is not unusual but, on the other hand, maintains that the distinctive character of the sign lies precisely in that embossed effect, which would be determined by a set of parallel grooves (longer in the middle and shorter on the sides). Irrespective of whether or not those grooves have a technical function, it should  again be pointed out, as was done in the previous point 2 of this decision, that a trade mark must (...) enable average consumers of the goods/services in question, who are reasonably well informed and reasonably observant and circumspect, to  distinguish the product/service concerned from those of other undertakings without  conducting an analytical or comparative examination and without paying particular  attention   (12/02/2004,   C-218/01,   Perwoll,   EU:C:2004:88,   § 53;   12/01/2006,  C-173/04 P, Standbeutel, EU:C:2006:20, § 29). The arrangement of the grooves referred to by the applicant does not have a decisive  impact on the overall impression of the sign because these grooves are nothing more  than descending vertical lines generating an embossed effect which, as the applicant  points out, is not unusual in the presentation of other bottles.