Gepubliceerd op woensdag 18 januari 2017
IEF 16527
Hof Den Haag ||
17 jan 2017
Hof Den Haag 17 jan 2017, IEF 16527; (Remu Oy tegen Knoop Machinery), https://ie-forum.nl/artikelen/een-longfelt-need-is-onvoldoende-om-octrooi-pontonsamenstel-met-rupsbanden-niet-te-vernietigen

Uitspraak ingezonden door Rien Broekstra, Brinkhof.

Een 'longfelt need' is onvoldoende om octrooi pontonsamenstel met rupsbanden niet te vernietigen

Hof Den Haag 17 januari 2017, IEF 16527; ECLI:NL:GHDHA:2017:148 (Remu Oy tegen Knoop Machinery) Octrooirecht. Remu is houdster van EP1727687 B1 voor een 'Pontonsamenstel met rupsbanden'. De rechtbank [IEF 12214] oordeelt dat de gemiddelde vakman op basis van zijn algemene vakkennis tot een met behulp van aandrijfmiddelen, zoals hydraulische cilinders uitschuifbaar onderstel zou komen om aldus het hiervoor geformuleerde probleem op te lossen, dan wel, dat hij zonder meer de oplossing van het octrooi bereiken zodra hij literatuur raadpleegt. De enkele door Remu gestelde omstandigheid dat in de markt lange tijd behoefte bestond aan een inrichting volgens het octrooi (‘longfelt need’), is onvoldoende om tot een ander oordeel te komen. Het hof bekrachtigt de bestreden vonnissen, vernietigt conclusies 2-4 en 7-9 van het Nederlandse deel en heft het gelegde conservatoir beslag op. Het hof verklaart zich onbevoegd om kennis te nemen van de schadevergoedingsvordering.

4.24 De gemiddelde vakman die kennis neemt van Althaus of Haest zou naar het oordeel van het hof zonder inventieve denkarbeid komen tot de uitvinding volgens conclusie 1 van het octrooi. Dat beide publicaties een landrupsonderstel tonen en dus geen pontonelementen openbaart, staat er niet aan in de weg dat de gemiddelde vakman tot een inrichting volgens het octrooi — dus met pontononderstel — zou komen. Uitgangspunt is immers het rupsonderstel volgens Bruyas, derhalve (ook) een amfibisch rupsonderstel, dat de gemiddelde vakman zodanig wenst aan te passen dat het rupsonderstel verstelbaar kan zijn.
In het aldus aangepaste onderstel blijven de in Bruyas geopenbaarde pontonelementen dan behouden. Dat Bruyas geen pontononderstel zou openbaren, zoals Remu heeft gesteld, acht het hof onjuist. Niet in te zien valt — en Remu heeft daarvoor ook geen steekhoudende argumenten aangevoerd — waarom de gemiddelde vakman het eerste deel van de beschrijving van Bruyas zou lezen als betrekking hebbend op zowel amfibische als landrupsonderstellen (waar Remu ook vanuit gaat) en het tweede deel, dat ziet op de alternatieve oplossingsrichting van het verschuifbare (in plaats van (de)assembleerbare) onderstel, als betrekking hebbend op alleen landrupsonderstellen. Juist omdat in de beschrijving wordt vermeld dat de inrichting volgens de uitvinding ook kan worden uitgevoerd als een uitschuifbaar rupsonderstel en het in de conclusie beschreven en de in de figuur getoonde inrichting is voorzien van een pontononderstel, zal de vakman begrijpen dat de oplossingsrichting van het uitschuifbare onderstel zowel toepasbaar is op landrupsonderstellen als amfibische pontononderstellen. Daarenboven merkt het hof op dat Remu in haar eigen probleemstelling uitgaande van Bruyas als meest nabije stand van de techniek, ook uitgaat van het daarin geopenbaarde pontononderstel.

Slotsom geldigheid

4.37 De slotsom is dat naar het oordeel van het hof de grieven van Remu geen doel treffen omdat het octrooi zoals verleend in zijn geheel dient te worden vernietigd en de hulpverzoeken niet tot een geldig octrooi kunnen leiden. De enkele door Remu gestelde omstandigheid dat in de markt lange tijd behoefte bestond aan een inrichting volgens het octrooi (‘longfelt need’), is onvoldoende om tot een ander oordeel te komen. Aan de vraag of Knoop c.s. inbreuk maakt op het octrooi wordt daarom niet toegekomen.