Octrooirecht  

IEF 22477

Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER

Mirabegron: hof bevestigt geldigheid octrooi Astellas

Hof Den Haag 14 jan 2025, IEF 22477; (Sandzo tegen Astellas), https://ie-forum.nl/artikelen/mirabegron-hof-bevestigt-geldigheid-octrooi-astellas

Hof Den Haag 14 januari 2025, IEF 22477, LSR 2271 (Sandoz tegen Astellas). Astellas is houdster van EP 1 599 427 (EP 427) dat ziet op het gebruik van mirabegron als werkzame stof voor de behandeling van overactieve blaas (OAB). Op basis van EP 427 is aan Astellas voor Nederland het aanvullend beschermingscertificaat ABC 300599 (ABC 599) afgegeven. Deze rechten vormen de basis van het geneesmiddel Betmiga® van Astellas met de werkzame stof mirabegron. Het is een van de best verkopende medicijnen van Astellas. Sandoz heeft vernietiging gevorderd van EP 427 en ABC 599. De rechtbank heeft de vorderingen van Sandoz afgewezen [zie IEF 21173]. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het hof heeft de argumenten van Sandoz dat EP 427 geen beroep kan doen op prioriteit verworpen.

IEF 22466

Vorderingen Silife c.s. van tafel in octrooi-inbreukzaak tegen Si Tech c.s.

Rechtbank Den Haag 18 dec 2024, IEF 22466; ECLI:NL:RBDHA:2024:21532 (Silife c.s tegen Si Tech c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/vorderingen-silife-c-s-van-tafel-in-octrooi-inbreukzaak-tegen-si-tech-c-s

Rb. Den Haag 18 december 2024, IEF22466, LS&R 2270; ECLI:NL:RBDHA:2024:21532 (Silife c.s. tegen Si Tech c.s.). In deze zaak staat de vraag centraal of de gedaagde partijen (hierna: Si Tech c.s.) inbreuk maken op buitenlandse octrooien die door de eisende partijen (hierna: Silife c.s.) worden geclaimd. De zaak gaat over vermeende octrooi-inbreuken en onrechtmatig handelen. De rechtbank wijst de vorderingen af, grotendeels door gebrek aan bewijs en juridische onderbouwing door de eisers. Silife c.s., bestaande uit Silife Limited, Silife India, Rexil Holding en Liquistone Limited, claimt de octrooihouder of de licentiehouder te zijn van buitenlandse octrooien voor een technologie om siliciumzuur te stabiliseren, toegepast in producten zoals NewSil en SiWell. Si Tech c.s., dat Si Tech International, Si Tech Indonesia, Si Tech Africa, LC Beheer, een persoonlijke gedaagde en Si Tech India omvat, is de gedaagde partij. Eerdere geschillen tussen sommige van deze partijen hebben geleid tot een arrest van het Gerechtshof Den Haag op 28 januari 2020. In dat arrest werd vastgesteld dat de licentieovereenkomst tussen Liquistone en Silife Ltd. niet rechtsgeldig was beëindigd en dat Roka Beheer onrechtmatig had gehandeld door hiervan te profiteren. De zaak die nu door de rechtbank beoordeeld wordt, richt zich met name op handelingen van Si Tech-vennootschappen na dit arrest.

IEF 22434

UPC overzicht: 10 t/m 16 december 2024

UPC CoA 10 december 2024, IEF 22434, IEFbe 3840; UPC_CoA_470/2023 (NanoString tegen 10x Genomics). 10x Genomics heeft een voorlopige voorziening verzocht tegen NanoString wegens directe en indirecte inbreuk op haar octrooi. Dit werd door het Gerecht van Eerste Aanleg toegewezen: NanoString moest zich onthouden van inbreuk en er werd een dwangsom opgelegd. Op verzoek van 10x Genomics heeft het Gerecht van Eerste Aanleg in een tweede beschikking dwangsommen opgelegd wegens het niet-naleven van de voorlopige voorziening. Het Hof van Beroep heeft vervolgens de eerste beschikking van het Gerecht van Eerste Aanleg vernietigd. NanoString gaat nu ook in hoger beroep tegen de beschikking waarin het Gerecht van Eerste Aanleg dwangsommen oplegt. Deze zouden een juridische grondslag missen, aangezien de eerste beschikking is vernietigd. Volgens 10x Genomics heeft de vernietiging van de eerste beschikking geen invloed op de juridische grondslag van de bestreden beschikking, want NanoString heeft de beschikking geschonden toen deze nog van kracht was.

IEF 22430

Voorzieningenrechter heeft verbod op DMF Teva en DMF Sandoz terecht toegewezen

Hof Amsterdam 4 dec 2024, IEF 22430; (Sandoz tegen Biogen en Teva tegen Biogen), https://ie-forum.nl/artikelen/voorzieningenrechter-heeft-verbod-op-dmf-teva-en-dmf-sandoz-terecht-toegewezen

Hof Amsterdam 4 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3211 (Sandoz tegen Biogen) en Hof Amsterdam 5 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3210 (Teva tegen Biogen). Biogen is houdster van de handelsvergunning voor het geneesmiddel DMF. De Europese Commissie heeft met een uitvoeringsbesluit de marktbescherming van dit middel met een jaar verlengd. Sandoz heeft aangekondigd in Nederland op de markt te komen met het middel DMF Sandoz en Teva heeft voorbereidingen getroffen om met het middel DMF Teva op de markt te komen. Beide zijn generieke versies van DMF. Sandoz en Teva menen dat zij niet gebonden zijn aan de verlengde periode van marktbescherming van DMF omdat het uitvoeringsbesluit evident ongeldig is. Biogen heeft een kort geding aangespannen en gevorderd dat het Sandoz en Teva verboden wordt om met het middel DMF Sandoz op de markt te komen. Dit verbod is toegewezen, waarna beide partijen in hoger beroep zijn gegaan.

IEF 22425

UPC overzicht: 3 t/m 9 december 2024

UPC CoA 3 december 2024, IEF 22425, IEFbe 3839; UPC_CoA_297/2024 (SharkNinja tegen Dyson). Dyson is houder van een octrooi op een stofzuiger en is een inbreukprocedure gestart tegen SharkNinja. Het Gerecht van Eerste Aanleg heeft geoordeeld dat SharkNinja inderdaad inbreuk maakt op het octrooi van Dyson en heeft voorlopige voorzieningen toegewezen. Hiertegen gaat SharkNinja in hoger beroep. Het Hof van Beroep oordeelt dat kenmerk 1.3 van het octrooi van Dyson vereist dat de luchtstroom tangentieel wordt geleid, waardoor een spiraalvormige luchtstroom ontstaat die centrifugale krachten genereert om de deeltjes te scheiden. Nu is de vraag of de betwiste uitvoeringen van SharkNinja een cyclonische scheidingsinrichting omvatten zoals vereist door kenmerk 1.3. Het Hof van Beroep is van oordeel dat Dyson onvoldoende heeft aangetoond dat kenmerk 1.3 in de betwiste uitvoeringen wordt gerealiseerd en concludeert dan ook dat het octrooi niet is geschonden. Op basis van de waarschijnlijkheidsafweging is het niet waarschijnlijker dan niet dat er inbreuk wordt gemaakt op het octrooi. De voorlopige voorziening van het Gerecht van Eerste Aanleg wordt opgeheven.

IEF 22404

UPC overzicht: 26 november t/m 2 december 2024

UPC CFI LD München 26 november 2024, IEF 22404, IEFbe 3836; UPC_CFI_437/2024 (GXD-Bio tegen Myriad). Myriad, verweerder in deze procedure, dient een verzoek in om zekerheidstelling op grond van Rule 158 RoP en artikel 69 (4) UPCA. Volgens verweerder heeft GXD-Bio, eiser in de procedure, namelijk geen registraties op zijn naam, behalve voor de octrooifamilie die hij nu claimt. Verder heeft verweerder geen kennis van andere mogelijke activa van eiser die gebruikt zouden kunnen worden als onderpand voor de vorderingen van verweerder. Er bestaan dus ernstige twijfels over de vraag of eiser zelf als schuldenaar van vorderingen tot vergoeding van de kosten over voldoende middelen beschikt om de invorderbare kosten van verweerder te dekken tot het toepasselijke plafond. Het Gerecht van Eerste Aanleg wijst het verzoek van verweerder toe. Verweerder heeft onderbouwde informatie verstrekt over de financiële middelen en activa en eiser heeft deze informatie niet betwist. Eiser heeft zelfs verklaard dat hij bereid is de zekerheid te stellen.

IEF 22391

UPC overzicht: 19 t/m 25 november 2024

UPC CFI LD Hamburg 19 november 2024, IEF 22391, IEFbe 3832; UPC_CFI_169/2024 (Daedalus tegen Xiaomi en MediaTek). In haar antwoord op het verweerschrift heeft Daedalus, eiser in deze procedure, verzocht dat bepaalde verklaringen over de overdracht van het octrooi van Daedalus Prime aan Daedalus als vertrouwelijk moeten worden aangemerkt en dat toegang moet worden beperkt tot de wettelijke vertegenwoordigers van verweerders. Volgens eiser hebben andere lokale afdelingen van het UPC een ‘outside attorney’s eyes only’ toegang verleend zonder toestemming van de betrokken partijen. Hier is het Gerecht het niet mee eens, want in die andere gevallen was er altijd sprake van instemming van de partijen en in dit geval zijn gedaagden er uitdrukkelijk niet mee akkoord gegaan. Het verzoek van eiser om vertrouwelijkheid te behouden wordt gehonoreerd, maar naast de juridische vertegenwoordigers krijgen twee in-house counsels ook toegang tot de documenten. De voorlopige beschikking van 30 september wordt bekrachtigd als definitieve beschikking, met een aanvullende toegang voor bepaalde interne personen.

IEF 22375

UPC overzicht: 12 t/m 18 november 2024

UPC CoA 12 november 2024, IEF 22375, IEFbe 3827; UPC_CoA_489/2023, UPC_CoA_500/2023 (AIM Sport tegen Supponor Oy). Deze hoger beroepsprocedure draait om de uitleg van de zinsnede ‘unless an action has already been brought before a national court’ uit artikel 83 lid 4 UPCA en dan met name het woord ‘action’. AIM Sport stelt dat hiermee wordt verwezen naar vorderingen die tijdens de overgangsregeling bij een nationale rechterlijke instantie zijn ingesteld en Supponor beweert dat er wordt verwezen naar vorderingen die voor de opt-out zijn ingesteld bij een nationale rechterlijke instantie, waarbij het niet uitmaakt of dit voor of tijdens de overgangsregeling was. 

IEF 22373

Hof oordeelt over bevoegdheid octrooigemachtigde na vertrek opdrachtnemer

Hof Den Haag 16 apr 2024, IEF 22373; ECLI:NL:GHDHA:2024:2081 (Team absolute tegen verweerder), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-oordeelt-over-bevoegdheid-octrooigemachtigde-na-vertrek-opdrachtnemer

Hof Den Haag 16 april 2024, IEF 22373; ECLI:NL:GHDHA:2024:2081 (Team Absolute tegen Verweerder) Team Absolute heeft een klacht ingediend bij de raad van toezicht van de Orde van Octrooigemachtigden, waarin zij verweerder verwijten ten onrechte als hun octrooigemachtigde te hebben opgetreden zonder hun expliciete toestemming. Verweerder is in dienst van het Octrooibureau en heeft de octrooizaak van Team Absolute overgenomen van [A], die het Octrooibureau heeft verlaten. Hierdoor heeft verweerder  het Europees Octrooibureau verzocht om hem als nieuwe vertegenwoordiger namens het Octrooibureau bij de zaak van Team Absolute te registreren. Dit heeft hij ook aan Team Absolute meegedeeld. Vervolgens heeft verweerder aan Team Absolute gemeld dat hij had geconstateerd dat zij een andere vertegenwoordiger hadden aangesteld en hen gevraagd om deze aanstelling te bevestigen. Hierna heeft de nieuwe vertegenwoordiger het Europees Octrooibureau verzocht de gegevens te corrigeren. Naar aanleiding hiervan heeft Team Absolute de klachtprocedure bij de raad van toezicht gestart. De raad van toezicht heeft de klachten ongegrond verklaard, waarbij werd geoordeeld dat het Octrooibureau terecht de belangen van Team Absolute bleef behartigen na het vertrek van [A]. Team Absolute is tegen deze beslissing in hoger beroep gegaan.

IEF 22367

UPC overzicht: 5 t/m 11 november 2024

Objectieve benadering voor beoordeling inventiviteit - UPC CFI CD Parijs 5 november 2024, IEF 22367, IEFbe 3824; UPC_CFI_315/2023 (NJOY tegen Juul Labs). In deze procedure wordt het ‘front-loaded’ systeem van UPC procedures benadrukt. Partijen zijn verplicht om hun volledige zaak zo vroeg mogelijk uiteen te zetten en als ze dat niet doen, kunnen argumenten worden uitgesloten. Maar om de redelijkheid en billijkheid te waarborgen, mag de eiser in zijn antwoord op het verweerschrift argumenten aanvoeren die een reactie vormen op de argumenten uit het verweerschrift. In casu was het onduidelijk of de argumenten van eiser nieuw waren of een reactie op het verweerschrift. Daarom werd het door eiser ingediende deskundigenrapport toegelaten. Maar een uitgebreidere dupliek werd niet toegestaan door het Gerecht: dit mocht alleen een antwoord op de repliek inhouden. Ook een nadere verklaring van de verweerder werd afgewezen, want daarvoor bieden de RoP geen rechtsgrondslag.