16 okt 2024
Eiser is rechthebbende van woord- en beeldmerk
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 16 oktober 2024, IEF 22382; ECLI:NL:OGEAA:2024:235 (Eiser en Deepsky Coporation tegen gedaagden) Eiser heeft in 2012 het woord- en beeldmerk I love San Nicolas geregistreerd. Eiser heeft [gedaagde 2] verzocht dit merk te ontwikkelen en in 2022 een vernieuwd woord- en beeldmerk geregistreerd. Gedaagden spreken de wens uit te participeren in Deepsky opgericht door eiser, die het combimerk exploiteert. Eiser heeft de overeenkomst van gedaagden niet ondertekend. Eiser vordert het Gerecht voor recht te verklaren dat hij de enige rechthebbende is met betrekking tot het woord- en beeldmerk en gedaagden te bevelen het gebruik van het merk te staken. In 2023 zijn de vorderingen van eiser afgewezen omdat niet precies duidelijk was welke afspraken zijn gemaakt met betrekking tot de IE-rechten [IEF 21603].
Het Gerecht oordeelt nu dat vaststaat dat [gedaagde 2] het oorspronkelijke woord- en beeldmerk in opdracht van eiser verder heeft ontwikkeld tot "combimerk-2". Deepsky bezit het exclusieve recht het woord- en beeldmerk te exploiteren. Gedaagden stellen dat zij recht hebben tot de exploitatie van het vernieuwde merk door een overeenkomst die tussen de partijen tot stand is gekomen. Maar, de niet-ondertekende koopovereenkomst kan niet als bewijs hiervoor gebruikt worden. De vorderingen van de eiser worden toegewezen.
4.6. Vast staat dat [eiser] op 30 juni 2022 aan Deepsky het exclusieve recht heeft gegeven het combimerk-2 te exploiteren/te gebruiken in de zin van het tweede lid van artikel 2 van de Merkenverordening. [Gedaagden] stellen in dat verband dat zij met [eiser] participatie zijn overeengekomen in Deepsky krachtens en in de zin van het hiervoor onder 2.6 geciteerd weergegeven deel van de door [gedaagden] geconcipieerde koopovereenkomst, en dat zij daarom mede gerechtigd zijn tot gebruik van het combimerk-2. Die schriftelijke aan [eiser] ter ondertekening voorgelegde overeenkomst is niet door [eiser] ondertekend, en kan dus niet dienen als bewijs voor de stelling van [gedaagden] dat bedoelde overeenkomst tot stand is gekomen tussen partijen. Voorzover [gedaagden] stellen dat dit stuk als vastlegging moest gelden van een eerder mondeling tot stand gekomen overeenkomst, heeft te gelden dat [eisers] die stelling voldoende gemotiveerd hebben bestreden. Die stelling staat daarom niet vast, en komt in deze procedure ook niet vast te staan omdat [gedaagde 1] noch [gedaagde 2] levering van bewijs heeft aangeboden. Dit één en ander betekent dat [gedaagde 1] noch [gedaagde 2] (via Deepsky) gerechtigd zijn tot gebruik van het combimerk-2.
4.7 De slotsom luidt dat aan [eisers] alle intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot het combimerk-2 toekomen, en dat uitsluitend zij daarvan gebruik mogen maken. Dat betekent dat de vorderingen van [eisers] onder maximering van aan [gedaagden] op te leggen dwangsommen zullen toegewezen als na te melden.