Gepubliceerd op vrijdag 30 augustus 2024
IEF 22216
Rechtbank Amsterdam ||
9 jul 2024
Rechtbank Amsterdam 9 jul 2024, IEF 22216; ECLI:NL:RBAMS:2024:4501 (Eisers tegen FTM), https://ie-forum.nl/artikelen/follow-the-money-hoeft-artikelen-niet-te-rectificeren

Follow the Money hoeft artikelen niet te rectificeren

Vzr. Rb. Amsterdam 9 juli 2024, IEF 22216, IT 4612; ECLI:NL:RBAMS:2024:4501 (Eisers tegen FTM). Dit kort geding gaat over het publiceren van het artikel “Hoe arbeidsmigranten werden misbruikt bij de aanvraag van NOW-subsidies” door Follow The Money (hierna: FTM). [bedrijf 1] is een uitzendbureau dat met name arbeidsmigranten in kassen en bij plantenkwekers in het Westland bemiddelt. In het artikel wordt [bedrijf 1] genoemd. Het artikel stelt verschillende misstanden aan de kaak, onder andere over fraude. Later publiceerde FTM een vervolg artikel met de titel “Haagse ondernemersfamilie gebruikte miljoenen aan coronasteun voor zichzelf”. [bedrijf 1] vordert in dit kort geding dat FTM verboden wordt om zich smadelijk, lasterlijk en/of tendentieus uit te laten over [bedrijf 1] en de artikelen te rectificeren. Het spoedeisende belang volgt uit het feit dat de artikelen nog altijd online staan en [bedrijf 1] daar hinder van ondervindt. Een afweging van de conflicterende belangen van de partijen resulteert in de conclusie van de voorzieningenrechter dat de publicaties niet onrechtmatig zijn. De inhoud is niet onnodig grievend en er wordt geen inbreuk gemaakt op de privacy van de betrokken familie.  

4.10. De publicatie van FTM is niet onnodig grievend en er wordt geen onnodige inbreuk gemaakt op de privacy van de familie [familienaam] . Dat de namen van de dochters worden genoemd en het feit dat een familielid in het verleden is verdacht van fraude en [eiser 2] daarvoor in de cel heeft gezeten, is relevant voor het punt dat FTM wil maken, namelijk dat de hele familie betrokken is bij [bedrijf 1] en dat er veelvuldig met namen van vennootschappen en bestuurders wordt geschoven. De dochters zijn weliswaar geen bestuurders, maar hebben kennelijk wel een positie waarin zij over leningen van honderdduizenden euro’s (aan zichzelf en familieleden) kunnen beslissen (zie 2.6). Overigens is de informatie over de kleding van de dochters, die bij een Mercedes poseren, afkomstig van foto’s die zij zelf op sociale media hebben geplaatst. De toon van de artikelen is bovendien niet onnodig grievend. FTM geeft in vrij neutrale bewoordingen haar onderzoeksbevindingen weer, zonder daar onnodig negatieve kwalificaties aan te verbinden.