Gepubliceerd op maandag 17 maart 2025
IEF 22602
Antilliaanse Gerechten ||
14 mrt 2025
Antilliaanse Gerechten 14 mrt 2025, IEF 22602; ECLI:NL:OGEAM:2025:11 (Eiser tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/gedaagde-moet-uitingen-over-grensoverschrijdend-gedrag-rectificeren-maar-mag-eiser-wel-predator-noemen

Gedaagde moet uitingen over grensoverschrijdend gedrag rectificeren, maar mag eiser wel ‘predator’ noemen

Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten 14 maart 2025, IEF 22602, IT 4811; ECLI:NL:OGEAM:2025:11 (Eiser tegen gedaagde). Eiser, inspecteur bij de politie in Sint Maarten, wordt beschuldigd door een collega van seksuele intimidatie. Hij zou zijn gezicht in haar borsten hebben gedrukt, terwijl hij stelt dat het slechts om een knuffel ging. Het strafrechtelijk onderzoek leidde niet tot vervolging. Gedaagde volgt de zaak nauwgezet en plaatst updates op Facebook en zijn nieuwssites, waarin hij de beschuldigingen bespreekt, ook via video’s. Eiser eist in kort geding verwijdering van deze video's, teksten en commentaren, op straffe van een dwangsom, en een rectificatie. Hij stelt dat hij onterecht wordt beschuldigd en dat de uitingen opruiend en lasterlijk zijn, wat zou aanzetten tot geweld en een onrechtmatige daad vormt. Gedaagde betwist onder meer de spoedeisendheid en stelt dat het uit de video’s niet duidelijk wordt dat het om eiser gaat, omdat zijn naam niet genoemd wordt.

De voorzieningenrechter oordeelt dat het spoedeisend belang aanwezig is. Uit de stukken blijkt echter dat eiser producties als transcripties heeft gepresenteerd, terwijl slechts delen van feitelijke weergaven zijn overgelegd, waardoor de context ontbreekt. Ook gedaagde maakt fouten: hij stelt dat hij enkel het standpunt van de collega verwoordt, maar onderbouwt dit onvoldoende. Het Gerecht onderzoekt de relevante passages en constateert dat video’s 1, 3, 4 en 7 eiser in samenhang beschuldigen van seksueel grensoverschrijdend gedrag bij tien collega’s. Hoewel alleen zijn initialen worden genoemd, acht het Gerecht de uitingen onrechtmatig, omdat gedaagde geen hoor en wederhoor heeft toegepast en de beschuldigingen onvoldoende worden ondersteund. Het noemen van eiser als ‘predator’ vindt het Gerecht echter niet onrechtmatig, gezien het actuele debat over seksuele intimidatie op de werkvloer. De vordering tot verwijdering van de video’s wordt afgewezen wegens een te ruime formulering en onvoldoende onderbouwing. De rectificatie voor de onrechtmatige uitingen wordt toegewezen; overige vorderingen worden afgewezen.

4.8. Bezien de hierboven besproken passages uit de video’s in onderlinge samenhang en verband is het voor het Gerecht duidelijk geworden dat [gedaagde] ook zelf2 [eiser] heeft beschuldigd van seksueel grensoverschrijdend gedrag tegen ongeveer 10 vrouwelijke collega’s. Dat [gedaagde] enkel de initialen van [eiser] heeft gebruikt maakt dat niet anders. Het is voldoende aannemelijk dat voor veel kijkers/luisteraars van de video’s duidelijk is dat het om [eiser] gaat (en dat niet alleen omdat de broer van [collega] op 3 februari 2025 heeft opgemerkt op zijn eigen Facebookpagina dat met de initialen L.R. [eiser] wordt bedoeld of omdat [eiser] zelf de publiciteit heeft gezocht). [gedaagde] heeft nagelaten hoor en wederhoor toe te passen alvorens deze vergaande beschuldigingen te uiten. Daarbij maakt het niet uit dat [eiser] zelf naar voren heeft gebracht dat hij door vier vrouwelijke collega’s is beschuldigd van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Niet alleen betreft dat een lager aantal dan de door [gedaagde] geuite getallen, ook heeft [eiser] die beschuldigingen gemotiveerd ontkend (met uitzondering van het omhelzen van [collega]). De omstandigheid dat momenteel veel aandacht bestaat in Sint Maarten voor seksueel grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer (binnen en buiten de overheid) vormt geen verontschuldiging voor de vergaande beschuldiging die [gedaagde] op eigen titel aan het adres van [eiser] heeft geuit, zonder daarbij hoor en wederhoor toe te passen. In zoverre zijn de uitlatingen van [gedaagde] onrechtmatig te achten. Het maakt daarbij niet uit dat [eiser] – voorafgaand aan het indienen van het verzoekschrift in dit kort geding – zelf de publiciteit heeft gezocht, door uitvoerig zijn kant van het verhaal te belichten in veel gelezen media als The Daily Herald en SMN News. Dat is begrijpelijk gelet op de beschuldigingen die – onder meer – [gedaagde] en [collega] aan het adres van [eiser] hebben geuit.

4.9. Het betitelen van [eiser] als predator (roofdier) voert ver, maar gaat – gelet op het debat dat vandaag de dag over seksueel intimiderend gedrag op de werkvloer wordt gevoerd – niet te ver. Daarbij kan stevige taal een van de middelen zijn om misstanden onder de aandacht van politiek en publiek te brengen.

De voorspelling dat op een dag [collega] met haar dienstwapen [eiser] zal doden valt moeilijk serieus te nemen, zodat van opruiing niet gesproken kan worden.