Gepubliceerd op dinsdag 16 mei 2023
IEF 21425
Gerecht EU (voorheen GvEA) ||
29 mrt 2023
Gerecht EU (voorheen GvEA) 29 mrt 2023, IEF 21425; ECLI:EU:T:2023:173 (Perfetti Van Melle v EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/gerecht-bevestigt-euipo-beslissing-omtrent-snoepcontainer

Gerecht bevestigt EUIPO beslissing omtrent snoepcontainer

Gerecht EU 29 maart 2023, IEF 21425; ECLI:EU:T:2023:173 (Perfetti Van Melle tegen EUIPO) Het Gerecht van de Europese Unie (hierna: het Gerecht) heeft bekrachtigd dat het EUIPO terecht de ongeldigheid heeft uitgesproken van een merkteken-aanvraag. De aanvraag is ingediend door Perfetti Van Melle, een Nederlandse snoepgoedfabrikant. Het merkteken werd aangevraagd als een figuratief merk voor een container van kauwgom. 

Omdat de aanvraag van het merkteken geen perspectief bevat, merkt het Gerecht op dat het merkteken gezien zal worden als een afbeelding van de omtrek van een cilindrische container (zie bovenstaande foto). Desalniettemin acht het Gerecht dat dit niet relevant is voor het betrokken publiek. Het betrokken publiek zal het merkteken nog steeds zonder veel nadenken zien als een afbeelding van een geschikte container voor kauwgom.

Het Gerecht benadrukt dat de principes die zijn ontwikkeld voor driedimensionale merken ook van toepassing zijn op figuurlijke merken die bestaan uit een tweedimensionale afbeelding van het product of de verpakking. Voor beide geldt dat om onderscheidend te zijn, het merkteken significant moet afwijken van de normen en gebruiken in de sector.

Het Gerecht concludeert dat het merkteken niet significant verschilt van de afbeeldingen die al worden gebruikt voor de verpakkingsmethoden van kauwgom. Het betwiste merkteken is daarmee slechts een variant en wijkt daarom niet af van de normen en gebruiken in de sector. Met deze beslissing heeft het Gerecht het eerdere oordeel van het EUIPO bekrachtigd.

The fact that the sign is not represented in perspective in the EUTM application, or that it can also be perceived as a flat figure, does not preclude the possibility that a significant part of the relevant public may perceive, without reflection, the sign at issue as a depiction of a container capable of containing the goods for which protection was sought (§ 21). The principles developed in the context of three-dimensional trade marks consisting of the appearance of the product or its packaging is applicable to figurative trade marks consisting of a two-dimensional representation of the product or its packaging, even where the sign is a very simple and purely schematic representation of the product in question, without any perspective (§ 27).