Gepubliceerd op dinsdag 13 september 2016
IEF 16233
||
, IEF 16233; https://ie-forum.nl/artikelen/gertjan-van-den-hout-koen-konings-de-hyperlink-en-de-toegenomen-relevantie-van-het-winstoogmerk

Gertjan van den Hout, Koen Konings - De hyperlink en de toegenomen relevantie van het winstoogmerk

Gertjan van den Hout en Koen Konings, 'De hyperlink en de toegenomen relevantie van het winstoogmerk', IEF 16232.
1. Het orakel in Luxemburg heeft gesproken [IEF 16226]: GS Media (hierna: ‘GeenStijl’) heeft met het plaatsen van een hyperlink naar de naaktfoto’s van Britt Dekker, zonder dat de rechthebbende daarvoor zijn toestemming heeft gegeven, auteursrechtinbreuk gepleegd. Die uitspraak zal waarschijnlijk weinigen echt verbazen. GeenStijl was immers volledig bewust van het illegale karakter van de foto’s en haar was niets gelegen aan de sommaties van Sanoma om de hyperlinks te verwijderen. Het spreekt welhaast voor zich dat zulks onrechtmatig is.

(...) 7. Merkwaardig aan het arrest vinden wij nog wel de laatste zinsnede van rechtsoverweging 53. Daarin zegt het Hof dat de rechthebbende de hyperlinker kan wijzen op het illegale karakter van de hyperlink, ‘zonder dat die personen [de hyperlinker] zich kunnen beroepen op een van de in bovengenoemd artikel 5, lid 3, opgesomde uitzonderingen’. Staat hier nu dat degenen die een hyperlink aanleggen naar een werk dat zonder toestemming van de rechthebbende op het internet is geplaatst, per definitie nooit een beroep kunnen doen op een auteursrechtelijke beperking? Hoewel wij zeker niet verwachten dat het snel zal voorkomen dat zo’n hyperlinker met succes een beperking kan inroepen, vragen wij ons toch af of het Hof hier niet iets te snel gaat. Zo achten wij een beroep in een voorkomend geval op bijvoorbeeld de onderwijsexceptie of de vrijheid van meningsuiting niet geheel ondenkbaar.

8. In het onderhavige geval is het niet zo ingewikkeld om de gegeven criteria toe te passen. Het Hof geeft de Hoge Raad alvast mee dat vaststaat dat GeenStijl een winstoogmerk heeft en dat Sanoma geen toestemming heeft gegeven. Dan moet het wetenschapsvermoeden dus worden toegepast. Tot slot blijkt uit de feiten die het Hof tot zijn beschikking heeft, dat GeenStijl zich daadwerkelijk bewust was van het illegale karakter van de hyperlink en dus ook niet het vermoeden kan weerleggen. Een koud kunstje dus voor de Hoge Raad, zo lijkt het. En voor de rest: iets meer duidelijkheid over wanneer hyperlinks auteursrechtelijk door de beugel kunnen.