Gepubliceerd op vrijdag 14 april 2023
IEF 21358
Rechtbank Den Haag ||
24 mrt 2023
Rechtbank Den Haag 24 mrt 2023, IEF 21358; ECLI:NL:RBDHA:2023:4154 (CLD tegen gedaagde ), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-merkenrecht-cld-tegen-gedaagde

Inbreuk op merkenrecht: CLD tegen gedaagde

Rb. Den Haag 24 maart, IEF 21358;  ECLI:NL:RBDHA:2023:4154 (CLD tegen gedaagde) Drie bekende parfumbedrijven, CLD, IDD en Silk Cosmetics (samen CLD genoemd), zijn de eisers in deze zaak. Gedaagde is de eigenaar van een parfumwinkel. CLD stelt dat gedaagde inbreuk maakt op hun merkenrechten vanwege de verkoop van inbreukmakende parfumflesjes.  

CLD laat bewijsbeslag leggen op de parfumflesjes van gedaagde om bewijs te verzamelen van de vermeende merkinbreuk. Uit de in beslag genomen flesjes blijkt dat de parfums van de gedaagde een verboden stof (butylphenyl methylpropional) bevatten. Parfumflesjes die deze verboden stof bevatten, heeft CLD in 2021 al uit de handel gehaald. Daarnaast blijkt dat de parfumflesjes door gedaagde zijn beschadigd door het aanbrengen van niet-originele stickers. CLD heeft hierover gesteld dat dergelijke beschadigingen vaak voorkomen bij illegale parallelimport en dat dit de reputatie van hun merken aantast. 

De eigenaar van de parfumwinkel beweert dat ze de flesjes heeft ingekocht bij een reguliere groothandel, maar heeft dit niet met concrete bewijzen onderbouwd. Daarnaast voert de eigenaar aan dat CLD in strijd handelt met eerlijke mededinging door afnameverplichtingen op te leggen aan haar contractanten.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het voldoende aannemelijk is dat er sprake is van een inbreuk. De eigenaar heeft niet genoeg bewijs aangedragen om haar verweer van reguliere inkoop bij een groothandel te onderbouwen. 

4.10. CLD c.s. stelt dat [gedaagde] inbreuk maakt op de Merken. Zij heeft dit onderbouwd aan de hand van stukken betreffende de proefaankoop op 6 oktober 2022. Uit de bevindingen van de deurwaarder is voorshands af te leiden dat de parfums de verboden stof butylphenyl methylpropional bevatten, terwijl CLD c.s. in 2021 bij haar winkeliers en distributeurs een terugroepactie heeft gedaan om producten met deze stof uit de handel te halen. Verder is uit de bevindingen voorshands af te leiden dat de verpakking van de producten is beschadigd en dat daarop niet-originele stickers zijn geplakt. CLD c.s. heeft hierover gesteld dat dergelijke beschadigingen zich voordoen bij illegale parallelimport en dat deze beschadigingen de reputatie van de merken aantasten.

4.11. [gedaagde] heeft alleen maar gesteld dat bij een reguliere groothandel is ingekocht. Zij heeft dit in het geheel niet onderbouwd, bijvoorbeeld door de naam van de groothandel te noemen en orders, facturen of bonnen over te leggen. CLD c.s. heeft daarop gesteld dat zij niet levert aan groothandelaren. [gedaagde] heeft gesteld dat zij zich niet met inkoop bezighield en dat zij dit, onder meer vanwege ziekte, aan haar personeel of door haar ingehuurde personen heeft overgelaten. Voor zover deze personen inbreukmakende goederen hebben ingekocht, komt dit naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter voor risico van [gedaagde] als werkgever en eigenaar van de onderneming.

4.12. [gedaagde] heeft verder nog aangevoerd dat CLD c.s. in strijd met de eerlijke mededinging handelt door starre afnameverplichtingen op de leggen aan contractanten.
CLD c.s. heeft betwist dat zij afnameverplichtingen hanteert. De stellingen van [gedaagde] zijn onvoldoende concreet om, vooruitlopend op bewijslevering, aan te nemen dat in een bodemprocedure inbreuk niet kan worden bewezen. De bijzondere bewijsregel voor uitputting4 geldt pas als wordt aangetoond dat een reëel gevaar bestaat dat de nationale markten worden afgeschermd wanneer degene die inbreuk wordt verweten zelf moet bewijzen dat sprake is van uitputting. Het enkele feit dat sprake is van een exclusief distributiesysteem is daarvoor niet voldoende5.

4.13. Op grond van het voorgaande komt de voorzieningenrechter tot het voorlopige oordeel dat voldoende aannemelijk is dat sprake is van inbreuk.