Gepubliceerd op donderdag 15 november 2007
IEF 5074
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Indian Film

Rechtbank 's-Gravenhage 31 oktober 2007, KG ZA 07-1126. Stichting Indian Film and Music (Sifam) tegen Roshan Video- CD & DVD World c.s.

Handhaving en exploitatie van auteursrecht met betrekking tot Bollywoodfilms. Korte inleiding in filmexploitatierecht. Verschoonbaar verzuim ten aanzien van kostenveroordeling.

Gedaagden stellen voorop dat de vordering van Sifam bij gebreke aan een deugdelijke substantiering voor afwijzing gereed liggen (n.b. het vonnis geeft eerst een complete weergave van het lichaam van de dagvaarding, waarbij de voorzieningenrechter de nummering heeft aangebracht). Voorts is volgens gedaagden het gevorderde in de eerste alinea volstrekt onduidelijk. Niet duidelijk is wie de aangeslotenen zijn en duidelijk is met betrekking tot welke werken rechten worden gepretendeerd.

 

De rechtbank stelt dat degene die op eigen naam een vordering ter handhaving van verkregen exclusieve rechten wil instellen, zoals Sifam kennelijk voor ogen stond, bij dagvaarding in elk geval een zevental punten moeten stellen. Sifam heeft zeker op vijf punten daarvan nagenoeg niets gesteld. Dit wordt niet goedgemaakt door overgelegde producties, aldus de rechtbank. "Later, gelet op de door de voorzieningenrechter gestelde termijn te laat, heeft Sifam een groot aantal ongespecificeerde documenten, voornamelijk contracten, in het geding gebracht. (...) Uit de contracten kan niet worden afgeleid welke entiteit en waarom als producent met betrekking tot de filmtitels kan worden aangemerkt." Sifam heeft een en ander ook niet goedgemaakt ter zitting. Niet in beeld is gekomen om welke films het nu eigenlijk gaat. Derhalve worden de vorderingen afgewezen.

Sifam stelt nog dat gedaagden de kostenopgave ex artikel 1019 Rv te laat hebben gedaan. "Als regel dient de kostenopgave en een specificatie daarvan (kort) voor de zitting ter kennis van de wederpartij te worden gebracht, zodat de wederpartij de mogelijkheid heeft hierop te reageren. Gelet op die regel hebben gedaagden te laat hun kosten opgegeven. De voorzieningenrechter acht dit verzuim in dit geval evenwel verschoonbaar omdat eiseres geen gehoor heeft gegeven aan de uitdrukkelijke aanwijzing van de voorzieningenrechter in haar dagvaarding op te nemen dat partijen hun kostenopgaven uiterlijk 15 oktober (twee dagen voor de zitting, red. IEF) zullen doen." Sifam wordt veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag.

Lees het vonnis hier.