Gepubliceerd op vrijdag 12 mei 2006
IEF 2062
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

le terme Galileo

GvEA 10 mei 2006, zaak T-279/03, Galileo tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.

Voor in het weekeinde weer een fijne Franse uitspraak over Galileo, de Commissie en merkinbreuk.

Galileo wil de Commissie verbieden om de term "Galileo" te gebruiken in verband met het project inzake een radionavigatiesysteem per satelliet, en om nog langer direct of indirect derden ertoe te bewegen die term in het kader van datzelfde project te gebruiken en om enige manier aan het gebruik van deze term door een derde deel te nemen, met als schadevergoeding een bedrag van 50 miljoen euro. De Commissie schendt volgens Galileo, houder van verschillende merken en firmanamen waarvan de term 'Galileo' een wezenlijk element is, haar merkenrecht. Het beroep is gebaseerd op artikel 288 EG. Verzoeksters stellen dat er verwarringsgevaar bestaat, op grond dat er tussen de betrokken tekens, tussen de producten en diensten van verzoeksters en het voorwerp van het gemeenschapsproject, overeenkomst zou bestaan. Zij beroepen zich eveneens op het beweerdelijk, onbillijk en onzorgvuldig gedrag van de Commissie ten aanzien van hun rechten, en op een gestelde schending van het evenredigheidsbeginsel.

Ten aanzien van de ontvankelijkheid bepaalt het gerecht: "Il résulte de ce qui précède que les conclusions du recours sont recevables dans leur ensemble. Il en va de même pour les griefs pris d’une violation des droits conférés aux requérantes par l’article 5, paragraphe 1, sous b), de la directive et par l’article 9, paragraphe 1, sous b), du règlement nº 40/94 en ce qui concerne leurs marques nationales intracommunautaires et leurs marques communautaires."

Ten aanzien van het beweerdelijk, onbillijk en onzorgvuldig gedrag van de Commissie concludeert het gerecht: "Dès lors que ni l’illégalité du comportement reproché à la Commission ni l’existence d’un lien de causalité suffisamment direct entre le comportement reproché et le préjudice invoqué n’a pu être établie, les conditions de l’engagement de la responsabilité non contractuelle de la Communauté ne sont pas remplies. Dans ces conditions, l’action indemnitaire des requérantes fondée sur ce régime de responsabilité doit être rejetée."
Het beroep wordt verworpen. Lees hier het arrest (alleen in het Frans).