Gepubliceerd op woensdag 12 september 2007
IEF 4662
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Maar het wordt nog veel vager

lfcdv.gifDirk Visser (Klos Morel Vos & Schaap): Kort commentaar bij het Céline-arrest.

‘Samengevat lijkt het er uiteindelijk om te gaan of (een aanzienlijk deel van) het publiek denkt dat er een verband bestaat tussen de jongere handelsnaam en het oudere merk, met name wanneer dat oudere merk een zekere bekendheid geniet waardoor sprake kan zijn van voordeel trekken uit de reputatie of het onderscheidend vermogen van dat merk.

En daarmee zijn we via een erg ingewikkeld verhaal aanbeland bij een criterium dat erg veel lijkt op art. 5 lid 5 Merkenrichtlijn (‘ons’ art. 2.20 lid 1 sub ‘sub d’): “gebruik van een teken anders dan ter onderscheiding van waren of diensten [bijvoorbeeld een handelsnaam, DV], indien door gebruik, zonder geldige reden, van dat teken ongerechtvaardigd voordeel wordt getrokken uit of afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het merk”.

Die uitkomst is tamelijk vaag, maar op zichzelf best acceptabel. De weg erheen is evenwel voor een gewone sterveling bijna niet te volgen.”

Lees het volledige commentaar hier. Lees het arrest hier.