24 dec 2024
Merkinbreuk buiten selectief distributiesysteem, vorderingen Sisley worden toegewezen in kort geding
Rb. Den Haag 24 december 2024, IEF 22507; ECLI:NL:RBDHA:2024:22781 (Sisley tegen gedaagde). c.f.e.b. Sisley (hierna: Sisley) is een producent van cosmetische producten. Zij hanteert een selectief distributiesysteem, waarbij alleen geautoriseerde wederverkopers haar producten mogen verkopen. Dit houdt in dat Sisley op basis van verschillende kwaliteitscriteria zelf de leveranciers kiest, die de voorwaarden van Sisley accepteren. Gedaagde B.V. (hierna: gedaagde) is een groothandel in parfum en cosmetica. Gedaagde heeft zonder toestemming van Sisley producten met de Sisley-merken aangeboden via e-mails aan potentiële afnemers. In dit kort geding vordert Sisley een inbreukverbod op haar merken, inzage en afschrift van beslagen bescheiden en veroordeling van gedaagde in de proceskosten.
De voorzieningenrechter oordeelt dat gedaagde merkinbreuk heeft gepleegd door de producten met Sisley-merken aan te bieden zonder toestemming. Gedaagde behoort namelijk niet tot het selectieve distributiesysteem van Sisley. Dit heeft gedaagde niet bestreden. Gedaagde voert nog wel verweer, maar niet inhoudelijk tegen de gestelde merkinbreuk. Het verweer ziet op het feit dat Sisley onvoldoende bewijs heeft overgelegd om aan te tonen dat de Sisley-producten namaak zijn. Dit verweer wordt door de voorzieningenrechter gepasseerd. Het is in deze zaak namelijk niet relevant of de producten namaak zijn, aangezien gedaagde zich niet op een uitzondering zoals uitputting van de merkenrechten van Sisley heeft beroepen. De voorzieningenrechter heeft dan ook de vorderingen van Sisley toegewezen. Gedaagde moet binnen 24 uur na betekening van het vonnis iedere inbreuk op de Sisley-merken staken en gestaakt houden, op straffe van een dwangsom. Daarnaast moet hij inzage geven in en afschrift verstrekken van de in beslag genomen bescheiden. Tot slot wordt hij veroordeeld in de proceskosten.
4.13. [gedaagde] heeft echter geen inhoudelijk verweer tegen de gestelde merkinbreuk gevoerd en uitdrukkelijk meegedeeld dat zij in het kader van deze kort geding procedure geen beroep op uitputting doet. De door [gedaagde] betoogde omstandigheid dat Sisley geen, althans onvoldoende bewijs heeft overgelegd dat de aangeboden Sisley-producten namaak zijn, wordt door de voorzieningenrechter gepasseerd. Het is in deze zaak in beginsel niet relevant of de producten origineel zijn en afkomstig van de merkhouder dan wel namaak omdat [gedaagde] zich niet op een uitzondering zoals uitputting van de merkrechten van Sisley heeft beroepen. Dat de producten voorzien zijn van tekens gelijk aan de Sisley-merken is door [gedaagde] niet betwist. Daarmee staat voorshands al vast dat het zonder toestemming binnen de EER aanbieden van deze producten geldt als merkinbreuk.
4.14. [gedaagde] heeft vooral benadrukt dat de stellingen van Sisley in haar ogen onvoldoende zijn om (dreigende) merkinbreuk aan te nemen, vooral omdat de markt overspoeld wordt met producten voorzien van (één van) de Sisley-merken, die niet alleen door de erkende distributeurs worden aangeboden, maar ook door andere marktdeelnemers. Of en in hoeverre dat daadwerkelijk het geval is, is voorshands oordelend echter niet relevant. In deze procedure staat immers alleen het handelen van [gedaagde] centraal en dient de vraag te worden beantwoord of dát handelen naar voorlopig oordeel merkinbreukmakend is.