Gepubliceerd op donderdag 22 september 2016
IEF 16262
Rechtbank Midden-Nederland ||
31 aug 2016
Rechtbank Midden-Nederland 31 aug 2016, IEF 16262; ECLI:NL:RBMNE:2016:4722 (Market Food Group B.V. tegen De Bakkerie Nijkerk B.V.), https://ie-forum.nl/artikelen/met-eigen-waar-vullen-van-gele-broodkratten-van-t-stoepje-is-merkinbreuk

Met eigen waar vullen van gele broodkratten van 't Stoepje is merkinbreuk

Rechtbank Midden-Nederland 31 augustus 2016, IEF 16262; ECLI:NL:RBMNE:2016:4722 (Market Food Group B.V. tegen De Bakkerie Nijkerk B.V.) Merkenrecht. Woordmerk. Het vullen van de gele broodkratten van Bakkerij 't Stoepje door concurrent De Bakkerie met eigen waar is in strijd met het woordmerk "Bakkerij 't Stoepje". Dit merkrecht is niet uitgeput, omdat de gele kratten geen eigendom zijn van de franchisenemers van Bakkerij 't Stoepje, maar van de franchisegever. In de algemene voorwaarden is het gebruik van de gele broodkratten door de franchisenemers ook beperkt tot het vullen met de waren van Bakkerij 't Stoepje.

4.14. De rechtbank stelt voorop dat herkomstverwarring bij gebruik als bedoeld in artikel 2.20 lid 1 sub a BVIE in beginsel gegeven is. Dat in de praktijk geen sprake zou zijn van herkomstverwarring acht de rechtbank niet aannemelijk. Gelet op het gemak voor de franchisenemer om de aangekochte waar in het krat te laten waarin het wordt vervoerd, zal in veel gevallen de franchisenemer de van De Bakkerie aangekochte waar in het krat laten. Dat volgens De Bakkerie een groot deel van de aangekochte waar wordt uitgestald op de toonbank, betekent ook volgens haar eigen stellingen dat in ieder geval een deel daarvan in de kratten uitgestald staat.

Dat daarbij het woordmerk van MFG voor het publiek niet zichtbaar zou zijn, wordt tegengesproken door de foto die door MFG is opgenomen op pagina 6 van de inleidende dagvaarding (die hierna opnieuw is opgenomen). Zie het rode teken midden onderaan deze foto. De Bakkerie heeft onvoldoende gemotiveerd betwist dat dat teken het woordmerk van MFG betreft. Zij heeft immers aangevoerd dat het “logo” op die foto voor het publiek “(vrijwel)” niet zichtbaar is (punt 35 conclusie van antwoord). In ieder geval heeft zij niet gesteld welk ander logo of woordmerk daarop afgebeeld zou zijn. De rechtbank gaat er derhalve, mede gelet op de overeenstemming tussen de vorm van het teken op deze foto en de vorm van het teken op de gele kratten van MFG (zoals afgebeeld op de foto op pagina 7 van de dagvaarding, die hierna is opgenomen), dat het rode teken op bovenstaande foto het woordmerk van MFG betreft. Dit betekent dat het woordmerk van MFG in ieder geval bij een deel van de kratten naar het publiek gericht is.

4.15. De Bakkerie heeft gelijk als zij stelt dat MFG in enigerlei mate bijdraagt aan het verwarringsgevaar door aan haar franchisenemers toe te staan om waren van derden uit te stallen, terwijl zij voorts een uniforme uitstraling van de marktkraam vereist, maar dat is voor de inbreukvraag niet relevant, alleen voor de toerekening van eventuele dientengevolge geleden schade. Dezelfde conclusie geldt voor de stelling van De Bakkerie dat MFG geen gesloten systeem heeft voor het gebruik van haar gele kratten.

4.16. Het voorgaande betekent dat aan de vereisten van artikel 2.20 lid 1 sub a BVIE is voldaan, zodat de vordering tot het staken van inbreuk op het woordmerk van MFG toewijsbaar is. Gelet op het feit dat het doel waarmee deze vordering is ingesteld, namelijk te voorkomen dat De Bakkerie de gele kratten van MFG blijft innemen en vullen met van haar afkomstige waar, gelijk is aan die met betrekking tot het staken van ieder gebruik van de eigendom van MFG en het nakomen van verplichtingen uit overeenkomst, heeft MFG onvoldoende belang bij een beslissing op deze vorderingen. De rechtbank wijst deze vorderingen dan ook af.