Gepubliceerd op dinsdag 22 augustus 2023
IEF 21625

Minister Weerwind reageert op Kamervragen ChatGPT

Op 21 augustus heeft Minister Weerwind (Rechtsbescherming) gereageerd op vragen van het lid Van Raan (Partij voor de Dieren) over privacyzorgen die zijn ontstaan door ChatGPT. ChatGPT is een generatief AI-systeem, wat betekent dat het een algoritme is dat zich voedt met data, waardoor het antwoorden kan geven op vragen. Het is niet altijd duidelijk waar deze data vandaan komt of wat de AI van deze input ‘leert’. De data die aan ChatGPT wordt gevoed, kan inbreuk kan maken op intellectuele eigendom. Als data zonder toestemming van de maker online wordt gezet, kan dit beschermde werk namelijk in de databanken van ChatGPT verwerkt worden. Ook kunnen daarbij persoonsgegevens in het geding komen.
 

Van Raan stelt de vraag, onder nummer 5 en 6, of ChatGPT onrechtmatig persoonsgegevens verwerkt. De minister geeft aan dat het kabinet zich zorgen maakt over de risico’s die generatieve AI-systemen met zich meebrengen en daarom bezig is met een visietraject dat aan het einde van het jaar af moet zijn. Hierin staat onder meer welk handelingsperspectief de Nederlandse overheid heeft om te waarborgen dat generatieve AI verantwoord in de Nederlandse samenleving wordt ingebed. Ook is Nederland actief in onderhandelingen over zowel de AI-verordening van de Europese Unie als het AI-verdrag van de Raad van Europa. Het doel is om hoge eisen te stellen aan gebruikers van AI-systemen waar het gaat om productveiligheid en transparantie. Ook wordt er een taskforce opgesteld door het samenwerkingsverband van Europese privacytoezichthouders (het EDPB), omdat de omvang van ChatGPT om een geharmoniseerde samenwerking vraagt.

 

Vraag nummer 10 van Van Raan luidt of ChatGPT inbreuk maakt op intellectuele eigendomsrechten door de manier waarop het algoritme data van het internet haalt. De minister stelt dat dat niet op voorhand te zeggen is. De definitie van datamining is een brede, waar generatieve AI waarschijnlijk ook onder valt. Reproductie van een werk is in beginsel een inbreuk op het auteursrecht. Een uitzondering kan worden gemaakt als er rechtmatige toegang tot het werk is en er geen voorbehoud is gemaakt ten aanzien van tekst- en datamining. Of hier sprake van is, ligt uiteindelijk aan de interpretatie van de auteursrechtrichtlijn door het Hof van Justitie, waar de Nederlandse regelgeving op geënt is. Wel geeft de minister aan dat in de kabinetsvisie generatieve AI een nadere analyse aan auteursrechtelijke vraagstukken wordt gewijd en dat het Rathenau Instituut momenteel onderzoek doet naar het beleid van huidige regelgeving en haar verhouding tot generatieve AI.