Gepubliceerd op donderdag 20 december 2012
IEF 12170
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Over tie-wraps en de equivalente maatregel

Vzr. Rechtbank 's-Gravenhage 20 december 2012, zaaknr. 429964 / KG ZA 12-1195 (Vialle Alternative Fuel systems B.V. tegen Prins autogassystemen B.V.)

Uitspraak ingezonden door Willem Hoorneman, C'M'S' Derks Star Busmann.

Octrooirecht. Toetsing inbreukcriterium. Geen equivalente maatregel. Vialle is actief op het gebied van brandstofsystemen voor auto's en LPG-inbouwkits. Zij is houdster van EP0948713 met betrekking tot een drukvatsamenstel (pressure vessel assembly). Prins presenteert op een Duitse vakbeurs het DLM-systeem.

Naar voorlopig oordeel is het samenstel van geleidingspennen en spiraalveren zoals toegepast in het DLM-systeem niet aan te merken als afstandhoudende middelen die uitsluitend worden gebruikt voor de ophanging van de brandstofpom aan de flensplaat in de zin van het octrooi. De tie-wraps (die zich bevonden in een DLM-systeem waarover Vialle beschikking kreeg) noch de brandstoftoevoerleiding dienen als afstandsmiddelen om te zorgen dat de onderkant van de pomp dichtbij de bodem van de tank is (en blijft) gesitueerd, zoals de conclusie vereist.

Er is geen sprake van een equivalente maatregel, weliswaar wordt hetzelfde resultaat bereikt als het octrooi beoogt, maar niet op in wezen dezelfde wijze. De vorderingen worden afgewezen.

4.11. Naar voorlopig oordeel is evenmin sprake van inbreuk door middel van equivalente maatregelen. In het DLM-systeem wordt weliswaar hetzelfde resultaat bereikt (de brandstoftank bevindt zich na montage nabij de bodem van de tank) als EP 713 beoogt, maar dat gebeurt niet op in wezen dezelfde wijze. Door de geleidingspennen en de spiraalveren van het DLM-systeem wordt dit resultaat bereikt door brandstofpomp en bufferbak tegen de bodem van de tank te drukken en daarop af te steunen. In een inrichting volgens EP 713 is de brandstofpomp daarentegen aan de flensplaat opgehangen door middel van afstand houdende middelen (...), wat naar voorlopig oordeel een wezenlijk andere wijze is. Hierbij komt dat het naar voorlopig oordeel, gelet op de onmiskenbare keuze van de octrooihouder voor een hangende pomp, te zeer in strijd met een redelijke rechtszekerheid voor derden zou komen om een op de bodem van de tank staande pomp (die bovendien al uit de stand van de techniek bekend was) als equivalente maatregel te kenschetsen.

Op andere blogs:
Deterink (Geen equivalentie: hangende pomp v. staande pomp)