Gepubliceerd op vrijdag 4 februari 2011
IEF 9385
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Schweizerisches Urheberrecht

Rechtbank ’s-Hertogenbosch, 31 januari 2011, LJN: BP2461, Stichting Academie Voor De Hebreeuwse Bijbel En De Hebreeuwse Taal tegen Gedaagde,  h.o.d.n Skandalon, Mediale Projecten,

Auteursrecht. Uitgever brengt boeken “De Bijbel als Schepping” en “Ik die verborgen ben” van Prof. A op de Nederlandse markt. Onvoldoende aannemelijk is dat daarmee inbreuk wordt gemaakt op auteursrechten van de erven A of licentierechten van Stichting Academie voor de Hebreeuwse Bijbel en de Hebreeuwse Taal. Aannemelijk is dat de auteursrechten op die boeken door A zijn overgedragen aan de Zwitserse A Stiftung en daarmee aan die Stiftung toekomen en niet aan de erven A.
 
4.6.  Gelet op het feit dat de overdracht van de auteursrechten heeft plaatsgevonden in Zwitserland, aan een Zwitserse stichting voor een Zwitserse notaris en [A] op dat moment reeds jarenlang in Zwitserland woonde en daar uiteindelijk ook is overleden, dient de vraag of de overdracht rechtgeldig heeft plaatsgevonden te worden beoordeeld naar Zwitsers recht. Onder de gegeven omstandigheden is de voorzieningenrechter van oordeel dat voldoende aannemelijk is dat bij de overdracht de toepasselijke formaliteiten in acht zijn genomen. Daarbij zij voorop gesteld dat binnen het (tijds)bestek van dit kort geding het verkrijgen van een gedegen uitleg over wijze waarop de overdracht van auteursrechten naar het Zwitserse recht zoals dat gold in 1980, dient plaats te vinden, niet mogelijk is. Een dergelijke uitleg is ook door partijen – bijvoorbeeld in de vorm van verklaring van een Zwitserse advocaat of rechtsgeleerde – niet gegeven. Vast staat echter wel dat naar huidig Zwitsers recht de overdracht van auteursrechten vormvrij kan geschieden. Een akte is daarvoor niet vereist. Dat was in elk geval in 1993 ook het geval (vgl. Manfred Rehbinder “Schweizerisches Urheberrecht” 1993, pag. 133). Er bestaan thans geen aanwijzingen dat het Zwitserse recht in 1980 op dit punt wezenlijk anders was. Daar komt nog bij dat de oprichting van de Stiftung en daarmee de overdracht van de auteursrechten, is begeleid door een Zwisterse notaris, die daarin kennelijk geen juridische bezwaren heeft gezien. Omdat de Stiftung de auteursrechten van de boeken toekomt, heeft zij met betrekking tot de boeken licenties aan Skandalon kunnen verschaffen.

Lees het vonnis hier.