27 aug 2025
Unga maakt inbreuk op modellen van Lego

Rb. Den Haag 27 augustus 2025, IEF 22936; ECLI:NL:RBDHA:2025:16030 (Lego tegen Unga). Lego maakt speelgoed. Unga verkoopt producten ten behoeve van loyaliteitscampagnes, vooral voor supermarktketens. Voor verschillende ketens ontwikkelt Unga campagnes met producten van bouwsteentjes. In 2022 hield de Nederlandse douane twee zendingen voor Unga tegen, want ze vermoedde inbreuk op Lego’s intellectuele eigendomsrechten. De zendingen zijn daarna vernietigd. Unga zegt dat het gaat om sets ontworpen voor de Australische, Nieuw-Zeelandse en Russische markt en er dus geen sprake is van handelingen binnen de EER. Unga betwist verder de geldigheid van de door Lego ingeroepen modellen wegens nietigheidsprocedures bij het EUIPO. Lego vraagt de rechtbank om Unga te verbieden de vermeende inbreukmakende producten te maken, aan te bieden of te verkopen, op straffe van een dwangsom. In de hoofdzaak gaat het ook om een verbod op inbreuk. Lego legt daaraan ten grondslag dat Unga inbreuk maakt op haar modellen in de zin van artikel 19 UModVo door het invoeren van de producten. De producten bevatten immers elementen die exacte kopieën zijn van de Lego-modellen, althans geen andere algemene indruk wekken.
Volgens de rechtbank heeft Lego een spoedeisend belang omdat Unga nog steeds producten voor campagnes ontwikkelt. Daarmee blijft het risico op inbreuk bestaan. Bij de beoordeling van de provisionele vordering is de rechtbank uitgegaan van geldigheid van de modellen, met uitzondering van Model 3. De rechtbank is voor de Modellen 1, 2, 4 en 5 niet zeker dat ze nietig zullen worden verklaard. Model 3 is nietig verklaard wegens ontbreken van eigen karakter. Omdat de zending bij de douane op naam van Unga stond en omdat Unga zegt dat ze samples ontvangt, vindt de rechtbank het aannemelijk dat Unga de producten in de EER heeft ingevoerd en aangeboden. Inbreuk op de Modellen 1, 2 en 4 staat daarmee vast. Bij Model 5 was het de vraag of het ontwerpen in Nederland kan gelden als 'gebruiken' binnen de EER. Daargelaten of de ontwerphandelingen op zichzelf kwalificeren als ‘gebruik’, acht de rechtbank voorshands niet aannemelijk dat dit binnen het territoir heeft plaatsgevonden. Dit omdat de ketens buiten de EER gevestigd zijn. De rechtbank wijst de provisionele vorderingen toe, behalve voor Model 5, want hiervoor kon geen inbreuk worden vastgesteld.
4.23. De rechtbank verwerpt het verweer. De inbreukmakende bouwstenen van de samples zijn bedoeld om in die vorm te gebruiken in het uiteindelijke product. Er is geen sprake van een enkel experiment, nu de betreffende bouwstenen na goedkeuring commercieel worden geëxploiteerd. De exceptie is bedoeld om gebruik te kunnen maken van producten waarvan het uiterlijk door het modellenrecht wordt beschermd, voor experimenten en nieuwe producten te ontwerpen (die geen inbreuk maken op het model) en niet om die producten na het experiment alsnog commercieel te exploiteren. Ook de door Unga aangevoerde omstandigheid dat de samples en de naar aanleiding daarvan geproduceerde sets nooit zijn bedoeld voor de EER maakt niet dat de invoer van deze producten geen inbreuk op het modelrecht van Lego is. Reeds door de invoer is de inbreukmakende handeling voltooid. Wat er daarna met de producten gebeurt, kan daaraan niet meer afdoen. De verwijzing naar het Class-criterium zou alleen aan de orde kunnen zijn als de producten met een T1-status in Nederland waren binnen gekomen om vervolgens met een T1-status de EER weer te verlaten. Dat is hier niet aan de orde.