Gepubliceerd op maandag 23 januari 2023
IEF 21190
Hof Amsterdam ||
17 jan 2023
Hof Amsterdam 17 jan 2023, IEF 21190; ecli:NL:GHAMS:2023:84 (appellante tegen Next), https://ie-forum.nl/artikelen/verbod-op-het-gebruik-van-de-handelsnaam

Verbod op het gebruik van de handelsnaam

Gerechtshof Amsterdam 17 januari 2023, IEF 21190; ECLI:NL:GHAMS:2023:84 (appellante tegen Next) Next Fatfreeze Clinics B.V. (hierna: Next) is in deze zaak opgekomen tegen het gebruik van de handelsnaam "First Fatfreeze Clinics" door [appellante] voor haar vestiging in Amsterdam. De rechter heeft een verbod opgelegd voor deze naam alleen voor de vestiging in Amsterdam. In hoger beroep eist Next een verbod op deze naam voor heel Nederland. De rechter heeft bepaald dat Next voldoende spoedeisend belang had in een verbod op het gebruik van de handelsnaam First Fatfreeze Clinics door [appellante] voor haar vestiging in Amsterdam, omdat deze vestiging dicht bij die van Next was geopend. Next kan zich beroepen op oudere handelsnaamrechten omdat zij de onderneming eerder heeft ingeschreven bij de Kamer van Koophandel dan [appellante]. De rechter besliste dat het gebruik van deze naam door [appellante] verwarring oplevert met de handelsnaam van Next en verbiedt daarom ook het gebruik van de domeinnaam firstfatfreeze.nl en het bijbehorende e-mailadres.

4.2.2 Het hof gaat ervan uit dat Next haar eis niet heeft verminderd in die zin dat deze nog slechts op Amsterdam zag. In die situatie vormt de omstandigheid dat Next pas na drie jaar actie ondernam op het eerste gezicht een aanwijzing dat er geen sprake was van spoedeisend belang. Daartegenover staat echter dat aan het spoedeisend belang van een actie tot het staken van voortdurend onrechtmatig gedrag in het algemeen geen hoge eisen gesteld moeten worden. Bovendien is aannemelijk dat pas door de omstandigheid dat [appellante] kort vóór het kort geding in eerste aanleg haar vestiging in Amsterdam, vlakbij die van Next, heeft geopend (zie hiervoor onder 3.3) voor Next de noodzaak van een voorlopige voorziening ontstond. Gelet op een en ander, bestond en bestaat bij de gevraagde voorzieningen voldoende spoedeisend belang.

4.3.2 Dit standpunt van [appellante] miskent dat de Handelsnaamwet bescherming biedt aan de naam waaronder een onderneming wordt gedreven. Indien vaststaat, zoals in dit geval, dat de onderneming die door de BV wordt gedreven voordien onder dezelfde naam werd gedreven door de vof en nadien is voortgezet door de BV, is voor het antwoord op de vraag welke handelsnaam eerder werd gevoerd beslissend de aanvang van het gebruik van die naam door de vof. Dat de onderneming is voortgezet door de BV is door Next nader onderbouwd met de overgelegde notariële akte van inbreng van 1 maart 2022 waarbij de firmanten van de vof Next Fatfreeze Clinics de onder die naam gevoerde onderneming hebben ingebracht in de BV.

Nu [appellante] niet gemotiveerd heeft betwist dat de vof de onderneming van Next in augustus 2019 heeft ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en [appellante] haar onderneming pas in november 2019 heeft geregistreerd, moet er voorshands vanuit worden gegaan dat het handelsnaamgebruik door Next ouder is dan dat van [appellante].

4.4.3 Het hof acht aannemelijk dat het gebruik door [appellante] van de naam First Fatfreeze Clinics of de naam First Fatfreeze voor haar vestiging in Amsterdam gevaar voor verwarring oplevert in de zin van artikel 5 Hnw. Weliswaar is volgens beide partijen de aanduiding fatfreeze in zekere mate beschrijvend voor, of in ieder geval verwijzend naar, de door beide partijen als dienst aangeboden cryolipolyse en verwijst het element clinics naar de paramedische inrichting waarin partijen hun diensten aanbieden, maar de combinatie van die onderdelen tezamen met het element ‘Next’ in de handelsnaam van Next levert niet een louter beschrijvende handelsnaam op en heeft wel een zodanig onderscheidend vermogen dat het publiek die handelsnaam in verband zal kunnen brengen met de onderneming van Next.