Gepubliceerd op maandag 17 april 2006
IEF 1935
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Verhuurt bijna alles

Rechtbank Almelo, 5 april 2006, LJN: AW1835, Pierre Boels B.V.tegen Lemerij B.V.

Boels stelt dat haar merken "Boels verhuurt bijna alles!" en "Verhuurt bijna alles!" bescherming genieten als merk en als handelsnaam. Als slagzin zouden deze merken en het bijbehorende logo ook auteursrechtelijk beschermd zijn. Boels beschuldigt Lemerij, die adverteert met de slagzin "Lemerij verhuurt bijna alles" van inbreuk op al deze rechten. Beide bedrijven houden zich bezig met de verhuur van allerhande apparatuur, waaronder bouwmaterialen, bestelauto's en boedelbakken. Door het algemene, beschrijvende karakter c.q. het gebrek aan originaliteit van de slagzin "verhuurt bijna alles!" vist Boels bij al deze stellingen achter het net.

Auteursrecht. De slagzin "Verhuurt bijna alles" is naar het oordeel van de rechtbank "zo kort, algemeen en voor de hand liggend is voor een verhuurbedrijf dat de slagzin op zichzelf genomen niet kan worden aangemerkt als een werk met een oorspronkelijk karakter dat het persoonlijk stempel van de maker draagt."De slagzin geniet daarom geen auteursrechtelijke bescherming.

De slagzin "Boels verhuurt bijna alles" wordt door Lemerij niet gebruikt, zodat Lemerij op die slagzin geen inbreuk maakt.

Ten aanzien van de logo's overweegt de rechtbank: "De enige overeenkomst tussen de logo’s van partijen is de letterstijl waarin de slagzin "verhuurt bijna alles" wordt geschreven. Het gaat het daarbij bovendien niet om een bijzondere en herkenbare stijl, maar om een min of meer standaard lettertype dat algemeen wordt gebruikt. Naar het oordeel van de rechtbank verschillen de logo’s zó zeer van elkaar dat zelfs op een afstand van honderd meter of meer duidelijk is of het om een auto of boedelbak van Boels dan wel van Lemerij gaat." Van inbreuk op auteursrecht is dus geen sprake.

Merkinbreuk. Boels beschuldigt Lemerij van merkinbreuk op grond van artikel 13a lid 1 sub b en sub c. Allebei zonder succes.

Naar het oordeel van de rechtbank bestaat ten aanzien van het merk "Boels verhuurt bijna alles!" ten opzichte van "Lemerij verhuurt bijna alles" geen verwarringsgevaar.

Ten aanzien van het merk "verhuurt bijna alles" stelt de rechtbank voorop dat dit een zuiver beschrijvend merk is en van huis uit nauwelijks enige onderscheidingskracht bezit. Onder overlegging van een onderzoeksrapport heeft Boels evenwel gesteld dat dit merk zoveel aan onderscheidingskracht heeft gewonnen, dat het daardoor alsnog een sterk merk is geworden. De rechtbank is door dit rapport niet overtuigd, omdat het niet volledig is overgelegd, niet duidelijk is wie de auteur is en niet vaststaat dat het om een onafhankelijk onderzoeksbureau.

Van verwarringsgevaar is volgens de rechtbank ook bij dit merk geen sprake.

Het verweer van Lemerij dat artikel 13 a lid 1 sub c niet van toepassing, omdat dit slechts van toepassing zou zijn op niét soortgelijke diensten, terwijl het in dit geval gaat om diensten die wél soortgelijk zijn, wordt door de rechtbank gepasseerd onder verwijzing naar vaste rechtspraak (HvJEG 9 januari 2003; IER 2003, p. 126 (Davidoff/Golfkid) en HvJEG 23 oktober 2003; IER, p. 53 (Adidas/Fitnessworld)). Dit mag Boels niet baten, aangezien de rechtbank van oordeel is dat "verhuurt bijna alles!" niet kan worden aangemerkt als een bekend merk in de zin van dit artikel. Naar het oordeel van rechtbank heeft Boels "niets aangevoerd met betrekking tot de investeringen die zij doet om bekendheid aan het merk "verhuurt bijna alles!" te geven. Naar het oordeel van de rechtbank is voorts geen sprake van een zodanige bekendheid van het merk "verhuurt bijna alles!" dat dit gelijk zou kunnen worden gesteld met de bekendheid van merken als Heineken, KPN, Philips, ABN Amro of Shell."

Bovendien bestaat er naar het oordeel van de rechtbank geen gevaar dat dat het publiek door de waarneming van de slagzin "verhuurt bijna alles" in het teken van Lemerij een verband zou leggen met het merk van Boels of dat het publiek daardoor een verband tussen de beide ondernemingen zou leggen. De wijze waarop het teken van Lemerij en het merk van Boels worden gepresteerd verschillen daarvoor te veel van elkaar.

Handelsnaaminbreuk. Aan de orde is enerzijds de handelsnaam "Boels verhuurt bijna alles!" en anderzijds de handelsnaam "Lemerij verhuurt bijna alles". De rechtbank overweegt: "In de handelsnamen zijn de "echte" namen Boels en Lemerij de sterke elementen. De pay-off "verhuurt bijna alles!" is hoofdzakelijk beschrijvend en daarmee een zwak element in de handelsnaam van Boels. Een dergelijk zwak element heeft minder beschermingsomvang dan een sterk element.
De wijze waarop de handelsnamen aan het publiek worden gepresenteerd zijn dermate verschillend dat naar het oordeel van de rechtbank bij het publiek geen gevaar voor verwarring bestaat (zie rechtsoverweging 7.). De rechtbank voelt zich in dit oordeel gesterkt door het feit dat Boels niet heeft gesteld dat in de praktijk van verwarring van enige omvang is gebleken." Bovendien voert Lemerij als sinds 1996 de slagzin "verhuurt bijna alles" in Twente, terwijl Boels pas in 2003 actief is geworden in Twente, terwijl "gesteld noch gebleken is dat de handelsnaam "Boels verhuurt bijane alles!" in 1996 in Twente al enige bekendheid genoot."

Onrechtmatige daad. Het beroep van Boels op onrechtmatige daad door "aanhaking" en dreigende verwatering van het "exclusiviteitsimago" van Boels' merk, is volgens de rechtbank onvoldoende onderbouwd. Hierbij speelt mij dat Lemerij de slagzin "verhuurt bijna alles" al jaren voert en dat deze slagzin, "weinig origineel en tamelijk voor de hand liggend [is] voor verhuurbedrijven zoals Boels en Lemerij."

Ten aanzien van het merk "Boels verhuurt bijna alles!" ten opzichte van "Lemerij verhuurt bijna alles" bestaat volgens de rechtbank geen verwarringsgevaar.

Ten aanzien van het merk "verhuurt bijna alles" stelt de rechtbank voorop dat dit een zuiver beschrijvend merk is en van huis uit nauwelijks enige onderscheidingskracht bezit. Onder overlegging van een onderzoeksrapport heeft Boels evenwel gesteld dat dit merk zoveel aan onderscheidingskracht heeft gewonnen, dat het daardoor alsnog een sterk merk is geworden. De rechtbank is door dit rapport niet overtuigd, omdat het niet volledig is overgelegd, niet duidelijk is wie de auteur is en niet vaststaat dat het om een onafhankelijk onderzoeksbureau. Ook bij dit merk is daarom geen sprake van verwarringsgevaar

Het verweer van Lemerij dat artikel 13 a lid 1 sub c niet van toepassing, omdat dit slechts van toepassing zou zijn op niét soortgelijke diensten, terwijl het in dit geval gaat om diensten die wél soortgelijk zijn, wordt door de rechtbank gepasseerd onder verwijzing naar vaste rechtspraak (HvJEG 9 januari 2003; IER 2003, p. 126 (Davidoff/Golfkid) en HvJEG 23 oktober 2003; IER, p. 53 (Adidas/Fitnessworld)). Dit mag Boels niet baten, aangezien de rechtbank van oordeel is dat "verhuurt bijna alles!" niet kan worden aangemerkt als een bekend merk in de zin van dit artikel. Naar het oordeel van rechtbank heeft Boels "niets aangevoerd met betrekking tot de investeringen die zij doet om bekendheid aan het merk "verhuurt bijna alles!" te geven. Naar het oordeel van de rechtbank is voorts geen sprake van een zodanige bekendheid van het merk "verhuurt bijna alles!" dat dit gelijk zou kunnen worden gesteld met de bekendheid van merken als Heineken, KPN, Philips, ABN Amro of Shell."

Bovendien bestaat er naar het oordeel van de rechtbank geen gevaar dat dat het publiek door de waarneming van de slagzin "verhuurt bijna alles" in het teken van Lemerij een verband zou leggen met het merk van Boels of dat het publiek daardoor een verband tussen de beide ondernemingen zou leggen. De wijze waarop het teken van Lemerij en het merk van Boels worden gepresteerd verschillen daarvoor te veel van elkaar.

Handelsnaaminbreuk. De rechtbank overweegt: "In de handelsnamen zijn de "echte" namen Boels en Lemerij de sterke elementen. De pay-off "verhuurt bijna alles!" is hoofdzakelijk beschrijvend en daarmee een zwak element in de handelsnaam van Boels. Een dergelijk zwak element heeft minder beschermingsomvang dan een sterk element.
De wijze waarop de handelsnamen aan het publiek worden gepresenteerd zijn dermate verschillend dat naar het oordeel van de rechtbank bij het publiek geen gevaar voor verwarring bestaat (zie rechtsoverweging 7.). De rechtbank voelt zich in dit oordeel gesterkt door het feit dat Boels niet heeft gesteld dat in de praktijk van verwarring van enige omvang is gebleken." Bovendien voert Lemerij als sinds 1996 de slagzin "verhuurt bijna alles" in Twente, terwijl Boels pas in 2003 actief is geworden in Twente, terwijl "gesteld noch gebleken is dat de handelsnaam "Boels verhuurt bijna alles!" in 1996 in Twente al enige bekendheid genoot."

Onrechtmatige daad. Het beroep van Boels op onrechtmatige daad door "aanhaking" en dreigende verwatering van het "exclusiviteitsimago" van Boels' merk, is volgens de rechtbank onvoldoende onderbouwd. Hierbij speelt mij dat Lemerij de slagzin "verhuurt bijna alles" al jaren voert en dat deze slagzin, "weinig origineel en tamelijk voor de hand liggend [is] voor verhuurbedrijven zoals Boels en Lemerij."

Lees het vonnis hier.