Gepubliceerd op woensdag 21 februari 2007
IEF 3522
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Voortent met een andere algemene indruk

aronde.jpgVoorzieningenrechter ‘s-Gravenhage 20 februari 2007, rolnr. 279867 Joesphus Johannus Martinus Bax tegen Fortex Caravanvoortenten c.s.

Gemeenschapsmodellen voor een tent en een tent die een andere algemene indruk bij de geïnformeerde gebruiker achterlaat dan de modeldepots.

Bax is rechthebbende op twee Gemeenschapsmodellen voor tenten en hij roept deze in tegen Fortex c.s. die een voortent op de Nederlandse markt brengen onder de naam Aronde.

Bax vordert – samengevat – Fortex c.s. te bevelen iedere inbreuk op de modelrechten van Bax dan wel slaafse nabootsing van zijn modellen te staken en gestaakt te houden, met diverse nevenvorderingen, een en ander op straffe van een dwangsom, alsmede een voorschot op de schadevergoeding of winstafdracht van EUR 5.000,-, met kosten.

De Voorzieningenrechter laat het nietigheidsverweer van Fortex in het midden omdat naar zijn voorlopig oordeel van inbreuk geen sprake is. De Aronde wekt volgens de voorzieningenrechter een andere algemene indruk bij de geïnformeerde gebruiker dan het modeldepot van Bax. De voorzieningenrechter somt daartoe in zijn de vonnis de verschillen tussen de modeldepots en de Aronde op en neemt in aanmerking dat op zich een voortent met ellipsvormige voorboog reeds bekend was zodat de bescherming van het model zich niet tot toepassing van een dergelijke boog als zodanig kan uitstrekken.

De vorderingen gebaseerd op de modelrechten van Bax worden dan ook afgewezen. Hetzelfde geldt voor de vorderingen voor zover gebaseerd op slaafse nabootsing. Van een verwarringwekkende kopie is volgens de Voorzieningenrechter geen sprake.

Bax wordt veroordeeld in de proceskosten. Bax heeft de hoogte van de door de advocaat van Fortex c.s. ingediende declaratie met specificatie betwist. “Bij gebreke echter aan een werkelijk gemotiveerde betwisting en gelet op de omstandigheid dat het hier niet om een feitelijk of juridisch zeer ingewikkelde zaak gaat, in welk kader eerder reeds een bedrag van EUR 15.000,- als redelijke en evenredige advocaatkosten werden toegekend conform de Handhavingsrichtlijn (vgl. Vzr Den Haag 17 oktober 2006, Howe/Casala), zal het door Fortex c.s. opgevoerde bedrag van EUR 11.783,74 worden toegekend.” Lees het vonnis hier.