Gepubliceerd op vrijdag 31 oktober 2025
IEF 23042
Rechtbank Noord-Holland ||
21 okt 2025
Rechtbank Noord-Holland 21 okt 2025, IEF 23042; ECLI:NL:RBNHO:2025:11967 (Mint Architecten tegen [gedaagden]), https://ie-forum.nl/artikelen/voorzieningenrechter-wijst-vordering-mint-architecten-deels-toe

Voorzieningenrechter wijst vordering Mint Architecten deels toe

Vzr. Rb. Noord-Holland 21 oktober 2025, IEF 23042; ECLI:NL:RBNHO:2025:11967 (Mint Architecten tegen [gedaagden]). [gedaagde 1] was werkzaam bij Mint Architecten en is later voor zichzelf begonnen met [gedaagde 2]. Volgens Mint Architecten maken [gedaagden] inbreuk op een contractueel geheimhoudingsbeding en hun auteursrechten. [gedaagden] hebben inbreuk gemaakt op de auteursrechten van Mint Architecten doordat zij via het softwarepakket Archicad auteursrechtelijk beschermde documenten hebben gebruikt, bewerkt en verveelvoudigd zonder toestemming. [gedaagden] voeren verweer: Mint Architecten heeft geen spoedeisend belang en de vordering leent zich niet voor kort geding. 

De voorzieningenrechter oordeelt dat Mint Architecten wel een spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen. De vordering strekt tot staking van en een verbod van een beweerde inbreuk door [gedaagden] op rechten van Mint Architecten met risico op schade die achteraf vaak moeilijk is aan te tonen. Dat de vordering eerder had kunnen worden ingesteld, doet hier niet aan af. Volgens de voorzieningenrechter is onvoldoende onderbouwd dat er inbreuk op het geheimhoudingsbeding wordt gemaakt. Verder moet er een dreiging van (verdere) inbreuk op de auteursrechten zijn. De voorzieningenrechter gaat per project langs of hier sprake van is. Ten aanzien van 'De Eendracht Waddinxveen' acht de voorzieningenrechter dat er sprake is van dreiging. Ten aanzien van de 'Amsterdamse ontwerpen' wordt geen dreiging van inbreuk aangenomen. Uitgangspunt is dat concurrentie in beginsel is toegestaan en gelet op de gemotiveerde betwisting door [gedaagden] – die door Mint Architecten ter zitting niet (voldoende) is weersproken – valt niet in te zien waarom van dat uitgangspunt van vrije concurrentie in dit geval zou moeten worden afgeweken. Alleen de vordering (gegrond op het auteursrecht) ten aanzien van 'De Eendracht Waddinxveen' zal worden toegewezen. De andere vorderingen worden afgewezen. Omdat beide partijen in deze procedure gedeeltelijk (on)gelijk krijgen, zal iedere partij de eigen kosten dragen. 

5.8. Ten aanzien van de ‘Amsterdamse ontwerpen’ is het de vraag of de eventuele auteursrechten die Mint Architecten daarop mocht hebben ook integraal bij haar zijn gebleven, of dat bepaalde tekeningen – zoals [gedaagden] hebben betoogd – met haar ‘betrokkenen’ (de voorzieningenrechter begrijpt: de verschillende opdrachtgevers) zijn gedeeld in het kader van ‘standaard branchegebruik’, dan wel dat bepaalde opdrachtgevers (de Gemeente Amsterdam) op basis van hun eigen algemene voorwaarden een gebruiksrecht daarop hebben gekregen. Het antwoord op die vraag kan evenwel in het midden blijven, omdat ook indien veronderstellenderwijs wordt aangenomen dat Mint Architecten de (enige) auteursrechthebbende op de desbetreffende documenten zou zijn gebleven, voorshands onvoldoende is gebleken dat [gedaagden] daarop inbreuk hebben gemaakt. Het volgende is daarvoor redengevend.