Gepubliceerd op woensdag 14 februari 2007
IEF 3482
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Vormmerken

BustBoosterBox2.jpgRechtbank ’s-Gravenhage 14 februari 2007, KG ZA 07-48. Western Holdings L.L.C. tegen Corrado Holding B.V. en Klemans Groep B.V.

Geen merkinbreuk op het merk Instant Bust Booster door gebruik van de naam Bust Booster; geen onderscheidend vermogen. Door partijen zelf gemaakte kosten worden bij gebreke van juridische bijstand meegenomen in de proceskostenveroordeling.

Western is houdster van het woordmerk Instant Bust Booster dat op 7 maart 2002 als Gemeenschapsmerk is gedeponeerd voor klasse 3: cosmetica. Gedaagde brengt, handelend onder de naam Cobeco Cosmetics, producten te koop onder de aanduiding Bust Booster. Gedaagde Klemans is houdster van de domeinnamen bustbooster.nl en boezembooster.nl, beide leidend tot dezelfde webpagina waar het product boezembooster wordt aangeboden. Eiser stelt dat gedaagden inbreuk maken op zijn merkrecht en vordert doorhaling van de genoemde domeinnamen. Gedaagde stelt dat de aanduiding ‘bustbooster’ te beschrijvend is om in aanmerking te komen voor bescherming als merk.

Het Engelstalige woord ‘bust’ betekent volgens Webster’s dictionary onder meer ‘the breasts of a woman’ en ‘to boost’ betekent ondermeer ‘increase, raise’. Een correcte Nederlandse vertaling van bustbooster is dan ook borstvergroter, aldus Corrado. Gedaagde heeft verder een onderzoekje verricht op de website van het OHIM onder ‘refused trademarks’ en kwam daar soortgelijke gevallen tegen. Geweigerd zijn onder meer Natural Booster en Follicle Booster voor klasse 3.

De voorzieningenrechter overweegt dat het merk van Western en het teken van Corrado beide bedoeld zijn voor producten welke bestemd zijn voor uitwendige applicatie op de vrouwenborst, waarmee wordt beoogd door stimulatie van de bloedsomloop een borstvergroting te bereiken welke enige uren zou moeten aanhouden.

Naar voorlopig oordeel van de rechter zijn de woorden ‘bust’ en ‘booster’ ieder voor zich beschrijvend voor de borstvergrotingsproducten van partijen. Eiser heeft bovendien niets gesteld waaruit zou kunnen volgen dat de woordcombinatie Bust Booster meer is dan enkel de loutere som der bestanddelen. Het teken is zonder meer als beschrijvend aan te merken in elk geval voor waren zoals de borstvergroters van partijen.

Naar voorlopig oordeel maakt Corrado door het gebruik van het teken Bust Booster dan ook geen inbreuk op het merk Instant Bust Booster van Western.

Tenslotte hebben partijen aangegeven een volledige kostenveroordeling te wensen conform de handhavingsrichtlijn. Western heeft echter verzuimd tijdig een gespecificeerd kostenoverzicht over te leggen. Dit verzuim is in beginsel fataal omdat het daardoor de wederpartij onmogelijk wordt gemaakt een kostenopgave inhoudelijk te betwisten. Partijen hebben over en weer de kostenopgaven niet betwist. Als in het ongelijk gesteld zal Western worden veroordeeld in de kosten van de procedure. In een geval als dit, waarbij geen juridische bijstand is gezocht, maar Corrado in het geding bij monde van een der bestuurders zelf verweer voerde, zijn tot de kosten van de procedure in de zin van de handhavingsrichtlijn ook te rekenen de kosten door partijen zelf gemaakt.

Lees het vonnis hier