Gepubliceerd op donderdag 12 november 2015
IEF 15417
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Auteursrechtdebat: een alternatief verdienmodel is helemaal niet nodig

Door: Peter Boertje, voorzitter sectie producenten in het bestuur van Sena. Thema: Auteursrecht vanuit economisch perspectief. Een reactie op de VvA-vergadering d.d. 30 oktober 2015 plus de tekst die Peter Boertje heeft uitgesproken tijdens deze vergadering.

Toen aan mij werd gevraagd of ik commentaar wilde geven op het onderzoek van de heren Bodó en Quintais hoefde ik niet zo lang na te denken. Graag! Mijn insteek was om de teksten niet te beoordelen door een juridische bril, maar om te kiezen voor de invalshoek van de ondernemer, de co-investeerder die samen met de artiest mooie creaties mogelijk maakt. In de bijdragen van de heren lijkt met name te worden gekeken naar het belang van de maker en het belang van de consument. Prima, maar mijn inziens niet volledig, want zonder de platenmaatschappij, producent of investeerder is het lastig om mooie scheppingen aan de man (of vrouw) te brengen. Ook wordt in het onderzoek een probleem gecreëerd, dat er eigenlijk misschien niet is: een succesvolle artiest/maker weet prima een goed inkomen te verwerven, en ook de consument wordt beter dan ooit op zijn wenken bediend. Tegen gratis is echter niet op te boksen. Al kost een mooi nummer 1 cent, dan nog zal men het willen pikken omdat het kan, en omdat het onvoldoende gesanctioneerd wordt. Dat is waar wel het probleem zit, en daar moet ook de oplossing worden gezocht. Of het onderzoek op dat punt soelaas biedt? Nee, niet echt. Je moet geen verplichting willen opleggen als verdienmodel om vervolgens als maker en producent ook nog de controle over je werken te verliezen.

Ondernemers zijn over het algemeen vrij direct en duidelijk. Dat is de reden waarom ik vond dat de toon best wel stevig mocht zijn. Een prima manier ook om de discussie levendig te houden, en met respect voor elkaars standpunten. En, of ik bang ben dat de stelende muziekliefhebber mij niet sympathiek zal vinden? Nee hoor, de bakker wiens brood wordt gestolen, zal vast en zeker de ‘klant’ voor een tijdje de deur wijzen. Niet sympathiek van de bakker, maar het is nog minder sympathiek om brood te stelen.

Lees hier de tekst uitgesproken tijdens de VvA-vergadering d.d. 30 oktober 2015:

Kijk- en luistergeldmodel en socialisme zijn de eerste woorden die na het lezen bij mij opkwamen. Iedereen moet meebetalen voor iets waar 48,7% geen binding mee heeft. Dat klinkt als een opgelegde belasting. Muziek als nutsmiddel? Vraag en aanbod is niet meer relevant? Geen marktwerking meer? Er zijn veel vragen.

Hoe is door de onderzoekers voorgesteld te administreren? Moet een Sena misschien een rol spelen? Waarom alleen in Nederland, of desnoods Europa, en waarom dan niet maar gelijk kijkend naar een globaal model, vooropgesteld dat het model überhaupt zou kunnen werken? Wat gebeurt er met alle andere ontwikkelingen?

De onderzoekers hebben beslist de beste bedoelingen gehad, maar zijn vergeten naar de echte wereld te kijken: de wereld van vraag en aanbod.

Er is met name gekeken naar gebruikers, maar onvoldoende naar aanbieders. Waarom zouden zij hierin meegaan? Er is weinig prikkel, omdat alleen de hoeveelheid gebruik nog een variabele factor van betekenis is. De tarieven staan immers vast, alleen een zekere mate van populariteit kan nog het verschil maken. Hoeveel wil men straks überhaupt nog investeren en geloven in een artiest?

Het model wordt genoemd als behulpzaam middel tegen piraterij. Afgelopen week viel een brief in de bus van een kijker van on demand series in Duitsland, die illegaal een fijne avond had gehad. Of hij 1900 euro wilde aftikken. Onze wetgever staat tot dusver niet erg stevig in de aanpak tegen diegenen, die van ons, artiesten en platenmaatschappijen, keihard stelen.  Een aanpak, door illegale gebruikers op de vingers te tikken met hoge facturen, dat werkt!  Niet een kijk- en luistergeldmodel, maar het laten voelen in de portemonnee.

Het model maakt enorme investeringen in organisaties als Spotify overbodig. Levert Spotify niet genoeg op? Deels is dit te beamen. Maar zijn we daar niet zelf bij? En wat was er voor Spotify? Niemand verdiende toen iets aan digitale diensten.

Er zijn belangenbehartigers die vinden dat artiesten te weinig krijgen. Dat artiesten zich niet kunnen verweren. Waarom werken grote artiesten dan wel graag, en langdurig samen met platenmaatschappijen?  Omdat ze elkaar niet wederzijds juist enorm versterken?

Veel mogelijkheden zijn er om op te komen voor je rechten. Talloze belangenorganisaties. Kijk op Beroepskunstenaars.nl. Recentelijk heeft de beroepsvereniging voor auteurs-muzikanten het licht gezien (BAM!). Onder andere met leden als Direct, Dotan, Kensington, Blof en Blaudzun. Relevant.

Informatie over contracten zijn ondermeer te vinden op de website van Musica Juridica. Overal vandaan kun je trouwens informatie ophalen. Iedereen is mans genoeg om voor zijn eigen belangen op te komen.

Volgens mij is de echte vraag: hoe kan ik als artiest meer in control blijven? Financieel is het allemaal echt niet altijd kommer en kwel. En de artiesten die klagen over geld, kunnen zichzelf misschien ook afvragen, of dat niet komt omdat hun laatste werk niet zo goed was. 

Martin Garrix. 19 jaar en ruim 17 miljoen euro rijker in 2 jaar. Heeft gebroken met Eelko van Kooten’s bedrijf Spinnin’ en Music All Stars.  Niet omdat de inkomsten voortvloeiend uit het 360 graden model zo slecht waren, denk ik. Niet omdat de samenwerking niet goed was. Zowel Martijn/Martin als Eelko geven daar namelijk in de media geen enkele blijk van. Integendeel.

Waar het om leek te gaan was het  ‘in control willen zijn’. Het ging over eigendomsrecht. Over data in relatie tot fanbase.  Geld verdienen aan muziek was blijkbaar niet eens de belangrijkste factor.

Waar het ook om gaat is niet, of we de consument een model moeten willen opdringen waarbij je verplicht bent om bij te dragen. Dat is niet het verdienmodel van de toekomst. Bijna 50% gebruikte al geen muziek via digitale kanalen, maar zal zich echt gaan laten horen als ze er onvrijwillig voor moeten betalen. Modellen waarbij men op vrijwillige basis een abo fee betaalt zijn er ook al. Spotify en Netflix bijvoorbeeld. Handig, goedkoop, kwalitatief hoogwaardig en gebruiksvriendelijk.

Toekomstbestendig is de samenwerking tussen partijen op basis van gelijkwaardigheid. De platenmaatschappij als dienstverlener en de artiest, die als een echte ondernemer weet hoe hij contracten moet afsluiten; die zich door professionals, zoals gespecialiseerde juristen, laat voorlichten, en die eigenlijk zijn eigen intellectueel eigendom is.  Alle partijen willen in control zijn en eigen keuzes kunnen maken. Zowel juridisch als economisch. Daarbij past niet een model waarbij je alle controle juist uit handen geeft. Dit geldt voor een model waarbij iedereen collectief ‘kijk- en luistergeld’ moet betalen, maar ook voor de variant waarbij een flatfee bedrag aan gebruikers wordt gevraagd die wel actief beeld en geluid willen consumeren. Artiesten en platenmaatschappijen zijn samen mans genoeg om zelf hun koers uit te stippelen en te bepalen met wie ze willen werken en welke vergoeding daarbij hoort. Niet via een ‘politbureau’ dat bepaalt wat men mag verdienen.

Daarnaast moet de wetgever de intellectuele eigendom beter beschermen. Niet alleen uit moreel oogpunt, maar ook omdat er een enorm economisch belang mee is gemoeid. 

De toekomst: goede onderlinge afspraken maken op basis van gelijkwaardigheid; goede afspraken met distributiekanalen, en garanties van de wetgever op voldoende bescherming.

En die illegale kijker die nu ineens 1900 euro moet betalen? Laten we hopen dat hij heeft genoten van Narcos, of welke andere serie dan ook die hij op Popcorn Time heeft gevonden. Dat hij het 1900 euro waard vond.

Peter Boertje