Gepubliceerd op vrijdag 15 maart 2013
IEF 12436
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

De bescherming van IE-rechten op platforms voor user-generated content

J.G. Reus, De bescherming van IE-rechten op platforms voor user-generated content, IER afl. 5 - november 2012, p. 413 - 418.

Bijdrage van Jurre Reus, met deze bijdrage in IER (gedeelde) winnaar VIE-Prijs 2013.

Platforms voor user-generated content zijn in toenemende mate succesvol op internet. Deze diensten weten door opbrengsten uit advertenties almaar meer lucratieve diensten neer te zetten. De term user-generated content (UGC) slaat op allerhande informatie die door individuele gebruikers via internetdiensten wordt verspreid. Deze informatie (content) kan door de gebruikers zelf zijn vervaardigd of door derden (in dat geval spreekt men ook wel van user-submitted content). Diensten als Marktplaats, eBay, YouTube en Flickr bestaan bij de gratie van de door hun gebruikers geüploade informatie. De toenemende populariteit heeft ook een keerzijde: steeds vaker zien rechthebbenden van intellectuele- eigendomsrechten (hierna: IE-rechten) dat er via UGC-platforms inbreuk wordt gemaakt op hun rechten. De wet is voor het adequaat voorkomen van dit soort inbreuken niet altijd even helder. Hoe ver moet de dienst gaan om inbreuken te voorkomen? Kan de dienst gehouden zijn om bepaalde informatie preventief te filteren? Deze aspecten hangen af van de aard van de dienst. 

Allereerst is de situatie denkbaar waarin een dienst zodanig actief en betrokken is bij de inhoud op haar website of platform, dat er sprake is van direct inbreukmakend handelen. De dienst functioneert in dat geval niet meer louter als een platform, maar veeleer als uitgever die (grotendeels) de inhoud bepaalt die via de dienst wordt aangeboden. Men spreekt ook wel van de term content provider. In een dergelijk geval is een maatregel tot preventief filteren altijd mogelijk. De inbreukmaker en de dienst vallen dan immers samen. In de tweede plaats kan een dienst onrechtmatig handelen door inbreuken structureel en stelselmatig te faciliteren. De dienst handelt dan in strijd met de zorgvuldigheidsnorm van artikel 6:162 lid 2 BW. Ten derde is het mogelijk dat een dienst überhaupt geen inbreuk maakt en ook niet onrechtmatig handelt (in strijd met de zorgvuldigheidsnorm), maar hem wel een specifieke maatregel of bevel kan worden opgelegd. Deze laatste situatie doet zich specifiek voor waar het gaat om inbreuken op IErechten op internet.

Leeswijzer:
1. Inleiding [red. zie hierboven]
2. Notice-and-take-down (NTD)
3. Geen onrechtmatig handelen, wel mogelijkheid tot een verbod of bevel
4. Preventief filteren in de rechtspraak
4.1 Techno Design
4.2 Mininova
4.3 L’Oréal/eBay
4.4 Stokke/Marktplaats
5. Toepassing van de Handhavingsrichtlijn
6. Voor- en nadelen van een maatregel bestaande uit een preventieve filterverplichting
7. Conclusie