Gepubliceerd op maandag 3 september 2007
IEF 4593
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Ex Parte Deo

nkw.gifRechtbank Amsterdam, 17 augustus 2007, Ex parte bevel in Nike International Ltd tegen Zeeman en STI (Met dank aan Jens van den Brink, Kennedy Van der Laan).

Ex parte verzoekschrift ex artikel 1019e Rv aan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam d.d. 17 augustus 2007. Bevel tot het staken en gestaakt houden van het verhandelen van cosmeticaproducten (deodorant) voorzien van de aanduiding NIKE (zie het verzoekschrift voor afbeeldingen ).

De in 1019e Rv genoemde ‘onherstelbare schade voor de houder van het recht van intellectuele eigendom’ wordt in het verzoekschrift als volgt gemotiveerd:

“13. Er bestaat een aanzienlijk risico dat gerekwestreerden de Producten nog altijd actief op de markt aanbieden. STI heeft bovendien bevestigd dat zij voornemens is de producten uit te voeren, welke export ex artikel 2.20 lid 2 sub c BVIE inbreukmakend is. Indien de Producten zouden worden uitgevoerd en worden geleverd aan een derde partij, bestaat bovendien het risico dat de Producten wederom in de Benelux op de markt zullen worden gebracht. Nu reeds een datum is bepaald voor het kort geding waarin zal worden geoordeeld over de vorderingen van Nike, hebben gerekwesteerden ook geen belang bij het uitvoeren van de Producten voordat het vonnis in kort geding is gewezen. Uit het feit dat de houdbaarheidsdatum van de Producten reeds is verlopen, kan overigens de conclusie worden getrokken dat de Producten in het geheel niet meer verhandelbaar zijn, zodat gerekwesteerden reeds daarom geen belang hebben bij het verhandelen van de Producten voordat over dit geschil in kort geding is beslist.”

Termijn voor het instellen van de hoofdzaak (bodemprocedure) wordt bepaald op 3 maanden.

Lees het verzoekschrift hier.