2 apr 2025
Fietsmand ‘Clipper’ maakt geen inbreuk op de intellectuele eigendomsrechten van fietsmand ‘Buddy’ van Basil

Rb. Den Haag 2 april 2025, IEF 22646; ECLI:NL:RBDHA:2025:5536 (Basil c.s. tegen gedaagde). Deze zaak gaat over de vraag of gedaagde inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Basil c.s., in het bijzonder de modelrechten en auteursrechten die zijn verbonden aan het ontwerp van een (honden)fietsmand. Die fietsmand brengt Basil c.s. in de handel onder de naam ‘Buddy’. Volgens Basil c.s. stemt (de algemene indruk van) de door gedaagde verkochte (fiets)mand met de naam ‘Clipper’, die met een daarvoor bestemde set ook geschikt kan worden gemaakt om een (kleine) hond in te vervoeren, te veel overeen met de Buddy. Om die reden wenst Basil c.s. dat gedaagde wordt verboden de Clipper nog langer te verhandelen en vordert zij schadevergoeding.
De rechtbank oordeelt dat gedaagde geen inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Basil c.s. Wat betreft het modellenrecht, wekt de Clipper een andere algemene indruk dan de Buddy. Er zijn een aantal afwijkende kenmerken en de algehele uitstraling van de Clipper is robuuster, tegenover de ranke vormgeving van de Buddy. Ook is er geen sprake van inbreuk op het auteursrecht door de Clipper. Het ontwerp van de Buddy wordt wel als auteursrechtelijk beschermd werk aangemerkt, maar de Clipper houdt voldoende afstand van het ontwerp, ondanks enige stilistische verwantschap. Alle vorderingen van Basil c.s. worden afgewezen en Basil c.s. wordt in de proceskosten veroordeeld.
5.16. Hoewel er ontegenzeggelijk gelijkenissen zijn aan te wijzen, constateert de rechtbank dat (het ontwerp van) de Clipper niet over dezelfde combinatie van kenmerken beschikt. Weliswaar is op de bovenrand van de eveneens rechthoekige Clipper met ronde hoeken ook een U-vormige beugel met ronde scharnieren gemonteerd, maar daarmee houdt de vergelijking – buiten het gebruik van hetzelfde materiaal: kunststof – wat de rechtbank betreft op. In plaats van een (smalle) bovenrand met een ‘flauwe V-vorm’ beschikt de Clipper over een duidelijk aanwezige, dikke, omgeslagen rand die in een schuine, ononderbroken lijn naar beneden loopt. Daarnaast zijn bij de Clipper de rechthoekige pootjes (waarvan de aanwezigheid overigens technisch bepaald is, zo heeft [gedaagde] onweersproken betoogd8) wat naar binnen geplaatst, waardoor zij – anders dan in de Modelrechten – niet één geheel zijn met de mand en niet een in het oog springend onderdeel van het ontwerp vormen. De duidelijke verschillen tussen het door de Modelrechten beschermde ontwerp van de Buddy en het ontwerp van de Clipper zullen de geïnformeerde gebruiker zeker niet ontgaan. Al met al wekt de Clipper daardoor bij die gebruiker een andere algemene indruk dan het in de Modelrechten neergelegde ontwerp van de Buddy. Waar laatstgenoemd ontwerp een elegante, ranke uitstraling heeft, duidt de rechtbank het ontwerp van de Clipper eerder als robuust en degelijk. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de Clipper niet binnen de beschermingsomvang van de Modelrechten valt.