Gepubliceerd op vrijdag 11 juli 2025
IEF 22797
Rechtbank Den Haag ||
1 jul 2025
Rechtbank Den Haag 1 jul 2025, IEF 22797; ECLI:NL:RBDHA:2025:11563 (eiser tegen TI-Holdings en gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-spoedeisend-belang-bij-schorsing-in-afwachting-van-derdenverzet-over-uitvinderschap

Geen spoedeisend belang bij schorsing in afwachting van derdenverzet over uitvinderschap

Vzr. Rb. Den Haag 1 juli 2025, IEF 22797; ECLI:NL:RBDHA:2025:11563 (eiser tegen TI-Holdings en gedaagde). De in Monaco gevestigde rechtspersoon MC2020 is houder van een octrooi op de uitvinding die is getiteld ‘Ondoleur Termique’. In dit octrooi is [naam] als uitvinder vermeld. MC2020 heeft meerdere octrooiaanvragen ingediend, waaronder WO 047 en EP 495. MC2020 heeft de octrooiaanvragen bij akte overgedragen aan TI-Holdings. Dit is een Nederlandse onderneming die zich bezighoudt met de ontwikkeling van duurzame technologie. Bij vonnis van rechtbank Den Haag heeft de rechtbank voor recht verklaard dat gedaagde als uitvinder rechthebbende is ten aanzien van EP 495 en WO 047 en daarvan afgeleide (octrooi)aanvragen en verleende rechten. Daarnaast stelde de rechtbank vast dat [naam] en eiser geen uitvinders zijn van EP 495 en WO 047. TI-Holdings werd bevolen om de octrooien/octrooiaanvragen en verleende rechten over te dragen aan gedaagde.

In deze procedure vordert eiser dat de voorzieningenrechter het vonnis van rechtbank Den Haag schorst en gedaagde en TI-Holdings verbiedt dat vonnis ten uitvoer te leggen totdat onherroepelijk is beslist in het door eiser tegen het vonnis in te stellen derdenverzet. Eiser was zelf geen partij in de procedure die tot het vonnis heeft geleid, maar wordt wel in zijn rechten benadeeld, omdat in het vonnis is vastgesteld en voor recht is verklaard dat niet hij en [naam], maar gedaagde de uitvinder van de octrooien is. Gedaagde voert het verweer dat eiser geen (spoedeisend) belang heeft bij zijn vorderingen. In het vonnis is meegewogen dat de executie niet onomkeerbaar is en de inschrijving in de relevante registers eenvoudig kan worden gewijzigd als in het derdenverzet of in hoger beroep geoordeeld wordt dat eiser de uitvinder is. Eiser zou ook niet aannemelijk hebben gemaakt dat zijn derdenverzet zal slagen.

De voorzieningenrechter oordeelt dat eiser onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij een spoedeisend belang bij zijn vorderingen heeft. De verklaringen voor recht in het vonnis zijn niet uitvoerbaar en kunnen daarom geen schorsing rechtvaardigen. Het bevel tot overdracht van de octrooien ziet op de verhouding tussen TI-Holdings en gedaagde: eiser is hierbij geen partij en wordt daardoor niet direct geraakt, ook niet als aandeelhouder van TI-Holdings. Alleen het onderdeel over de wijziging van de vermelding van de uitvinder zou eiser kunnen raken, maar dit is niet spoedeisend, omdat een foutieve vermelding eenvoudig kan worden hersteld als later blijkt dat hij toch de uitvinder is. Om deze redenen concludeert de voorzieningenrechter dus dat er geen spoedeisend belang is en wijst hij de vorderingen van eiser af.

4.6. Alleen dictumonderdeel 5.5 van het Vonnis vormt een grond voor [eiser] om schorsing van de tenuitvoerlegging te vorderen. Dit onderdeel ziet op de verplichting van TI-Holdings om mee te werken aan de inschrijving van [gedaagde] als uitvinder van en rechthebbende op de octrooiaanvragen. Beide partijen leggen dit zo uit, dat [gedaagde] daarbij als enig uitvinder vermeld zal worden. Op grond van artikel 4ter UvP2 en artikel 62 EOV3 heeft de uitvinder het recht op vermelding als zodanig in een octrooi. De inschrijving van [gedaagde] als (enig) uitvinder in de octrooiaanvragen kan [eiser] derhalve in zijn rechten schaden indien in het derdenverzet (of in hoger beroep) vast komt te staan dat [eiser] de uitvinder is. [eiser] ’s belang is echter beperkt tot deze vermelding als uitvinder, aangezien dit recht op vermelding als uitvinder los staat van de vraag wie de rechthebbende op de octrooiaanvragen is. Het belang om te voorkomen dat er wijzigingen plaatsvinden in de vermelding als uitvinder is echter niet spoedeisend, aangezien deze wijziging in de relevante registers eenvoudig terug te draaien is in het geval anders wordt geoordeeld in een derdenverzet of hoger beroep. [eiser] heeft derhalve geen spoedeisend belang bij de gevorderde schorsing van het Vonnis.