Gepubliceerd op donderdag 24 mei 2012
IEF 11356
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Inperking van de auteursrechtelijke thuiskopie-exceptie

J.G. Reus, Handhaving en inperking van de auteursrechtelijke thuiskopie-exceptie: balans verstoord of logische vervolgstap in de strijd tegen file sharing en het handhaven van auteursrecht op internet? Universiteit Utrecht 2012.

Bijdrage ingezonden door Jurre Reus.

Auteursrecht. Thuiskopieheffing. Filesharing. Downloadverbod. Illegale file sharing ondermijnt al jaren de legitimiteit van het auteursrecht op internet. Reeds in 2009 werd voorgesteld het thans nog op grond van de thuiskopie-exceptie toegestane downloaden uit evident illegale bron onrechtmatig te verklaren. Het maken van kopieën van ongeautoriseerd openbaargemaakte werken zou hiermee tot een einde moeten komen, terwijl handhaving bij gebruikers onwenselijk wordt geacht. De huidige (inmiddels demissionaire) regering hecht vooral waarde aan een downloadverbod om de file-sharing-faciliterende tussenpersonen beter te kunnen aanpakken.

De realiteit is echter dat dit reeds in het huidig wettelijk kader goed mogelijk is, omdat het belangrijkste aspect van file sharing (het openbaar maken/verspreiden) van auteursrechtelijk materiaal al onrechtmatig is. Ook het ‘uploaden’ met bijvoorbeeld BitTorrent is om die reden niet toegestaan, maar dit heeft gebruikers allerminst doen terugschrikken. De vraag roept zich op in hoeverre repressieve maatregelen de legitimiteit van het auteursrecht op internet kunnen herstellen.

Het afschaffen van de aan de thuiskopie-exceptie gerelateerde thuiskopieheffing (zoals vorig jaar voorgesteld) lijkt daarom op dit moment evenmin verstandig. De heffing is zeker niet ideaal, maar zorgt voor enige inkomsten.

De discussie rondom file sharing zou zich bij voorkeur niet in de eerste plaats moeten richten op het aanpakken van individuele gebruikers, maar meer gericht moeten zijn op het compenseren van auteurs/makers, het ontwikkelen van serieuze, laagdrempelige digitale alternatieven en het effectief bestrijden van illegaal aanbod. Dat dit laatste van belang is, is evident.

Lees de masterscriptie van J.G. Reus (Universiteit Utrecht), hier.