Gepubliceerd op donderdag 20 november 2014
IEF 14391
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Kanttekeningen bij LIRA-UPC

R.J.F. Wigman, Kanttekeningen bij LIRA/UPC c.s., IE-Forum.nl IEF 14391.
Bijdrage ingezonden door Roland Wigman, Versteeg Wiman Sprey advocaten. Ik verleen je hierbij het recht om morgen met mijn auto - wanneer die klaar is in de garage - naar Groningen te rijden. Lijkt mij helder Nederlands: ik verleen je vandaag het recht om morgen met mijn auto naar Groningen te gaan: je mag de auto niet vandaag en niet overmorgen gebruiken en je mag er – morgen – ook niet mee naar Maastricht, je mag er ook niet mee rijden als hij niet klaar is. Het is qua Nederlands en qua juridische inhoud wezenlijk anders dan "ik zal je morgen, zodra mijn auto klaar is, het recht verlenen om alsdan met mijn auto naar Groningen te rijden". Bovenstaand onderscheid heeft de rechtbank Amsterdam miskend in het vonnis van 27 augustus 2014 inzake LIRA/UPC) .

Voor diegenen die minder bekend zijn met de problematiek een korte uitleg over de rechtsvraag die in deze zaak speelde. (...)

(...dit artikel is sterk ingekort, lees de volledige bijdrage hier...)
Tot zover mijn kanttekeningen bij de inhoud van het vonnis. Over de (mogelijke) consequenties wilde ik eerst ook nog schrijven, maar dat bewaar ik voor een apart artikel.

Tot slot. Ik heb begrepen dat de LIRA een voorstel tot sprongcassatie heeft afgewezen. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat dat is, omdat men bang is dat anders advocaat-generaal Verkade de conclusie zal schrijven. Zijn standpunt is immers bekend. Wellicht weet de LIRA de zaak in hoger beroep zolang te rekken dat er een andere advocaat-generaal met de zaak zal worden belast. Ik hoop van harte dat het hof deze misslag van de rechtbank reeds recht zal zetten en dat de Hoge Raad alsdan het Hof gelijk zal geven, ongeacht wie de advocaat-generaal zal zijn.

Roland Wigman