Gepubliceerd op donderdag 27 februari 2025
IEF 22565
Rechtbank Gelderland ||
27 jan 2025
Rechtbank Gelderland 27 jan 2025, IEF 22565; ECLI:NL:RBGEL:2025:1126 (Cycle Growth tegen Ridefuture), https://ie-forum.nl/artikelen/opheffing-conservatoir-beslag-handelsnaamrecht-cycle-growth-prevaleert-boven-uniemerk-ridefuture

Opheffing conservatoir beslag: handelsnaamrecht Cycle Growth prevaleert boven Uniemerk Ridefuture

Vzr. Rb. Gelderland 27 januari 2025, IEF 22565; ECLI:NL:RBGEL:2025:1126 (Cycle Growth tegen Ridefuture). Cycle Growth is een onderneming die elektrische bezorgfietsen verkoopt en least op de Nederlandse markt. Ridefuture maakt deel uit van de Rybit Group, een groep bedrijven die zich eveneens bezighoudt met de verkoop en lease van dit soort fietsen. Binnen deze groep valt ook de Taiwanese onderneming Moovo Mobility. E-bike Nederland, kortweg EBN, was tot medio 2024 actief in de verkoop en lease van bezorgfietsen onder de naam EBIKE4DELIVERY en gebruikte daarbij het logo wat hierboven is afgebeeld. Met het oog op een mogelijke samenwerking op de Europese markt sloot EBN een overeenkomst met Moovo, maar de onderhandelingen hierover liepen uiteindelijk stuk. In de tussentijd had Ridefuture het logo van EBIKE4DELIVERY als Uniebeeldmerk in zwart-wit laten registreren. Na het faillissement van EBN nam Cycle Growth alle activa en passiva over, waaronder fietsen met het EBIKE4DELIVERY-logo. Na de doorstart van het merk stelde Moovo dat het Uniewoordmerk geen onderdeel uitmaakte van de faillissementsboedel en dat het gebruik ervan moest worden gestaakt. Aan het eind van 2024 kreeg Ridefuture verlof van de voorzieningenrechter om beslag te leggen op verschillende digitale bescheiden en onderdelen van fietsen.

Cycle Growth vordert in kort geding de opheffing of beperking van het conservatoire beslag. Zij stelt primair dat Ridefuture de waarheidsplicht van artikel 21 Rv heeft geschonden. De voorzieningenrechter erkent dat het verzoekschrift gebreken vertoont, maar acht dit geen reden om het beslag op te heffen. Daarom volgt een inhoudelijke beoordeling van de vordering. De kernvraag is of Ridefuture een geldige vordering heeft. Dit houdt in in wezen in dat er gekeken moet worden of het door Ridefuture ingeroepen merk geldig is, en of Ridefuture met succes een inbreukvordering kan instellen tegen Cycle Growth. Cycle Growth stelt dat het Uniemerk van Ridefuture om meerdere redenen nietig verklaard moet worden, namelijk vanwege kwade trouw van het depot, strijd met een oudere handelsnaam, opeising van het merk door de overname en schending van het auteursrecht op het logo. De voorzieningenrechter stelt vast dat Cycle Growth een ouder handelsnaamrecht heeft, omdat zij de boedel van EBN heeft overgenomen. Deze handelsnaam is identiek aan het Uniewoordmerk van Ridefuture. Het verweer van Ridefuture dat sprake zou zijn van merkgebruik in plaats van handelsnaamgebruik, wordt verworpen. Omdat Cycle Growth een beroep kan doen op de bescherming van artikel 138 lid 3 UMVo, is het aannemelijk dat Ridefuture niet kan verbieden dat de handelsnaam en het bijbehorende logo worden gebruikt. De voorzieningenrechter oordeelt dat het handhaven van het beslag niet gerechtvaardigd is. De vorderingen worden, voor zover daarbij belang bestaat, toegewezen en het beslag wordt opgeheven.

4.15. Het voorgaande leidt tot de slotsom dat, zelfs indien van de geldigheid van het door Ridefuture ingeroepen merkrecht moet worden uitgegaan, Cycle Growth binnen het bestek van dit kort geding een beroep toekomt op de beschermende werking van artikel 138 lid 3 UMVo vanwege een ouder recht van slechts plaatselijke betekenis in de zin van artikel 138 lid 3 UMVo op een met het Uniemerk overeenstemmend teken. Dit betekent dat voorshands ervan uit moet worden gegaan dat Ridefuture Cycle Growth niet kan verbieden gebruik te maken van de handelsnaam EBIKE4DELIVERY en het bijbehorende logo. Dit betekent ook dat voorshands geoordeeld niet gebleken is van daadwerkelijke inbreuk door Cycle Growth op het Uniemerkrecht van Ridefuture in Nederland. Ridefuture stelt zich weliswaar op het standpunt dat niet alleen in Nederland sprake is van merkinbreuk, maar dit heeft Ridefuture in haar beslagrekest en tijdens de zitting onvoldoende onderbouwd. Voor het voorshands aannemen van merkinbreuk in andere Europese landen is in ieder geval onvoldoende de (door Cycle Growth niet betwiste) stelling van Ridefuture dat Cycle Growth (dan wel het concern waar zij toe behoort) ook actief is in bepaalde andere Europese landen en (ook) daar een doorstart maakt met de EBIKE4DELIVERY-onderneming. Hetgeen Ridefuture in dit verband stelt rechtvaardigt dan ook niet de handhaving van (een deel) van de beslagen.