Gepubliceerd op dinsdag 23 oktober 2012
IEF 11912
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Noot bij Vzr. Rechtbank Amsterdam Torture musea

O.H.J. Schmutzer, Noot bij Vzr. Rechtbank Torture musea (IEF 1832), IE-Forum IEF 11912.

Een bijdrage van Olav Schmutzer, Certa Legal advocaten.

Op 4 oktober jl. heeft de Voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam vonnis gewezen in de zaak Kinderdagverblijf Bambini B.V. / Aquaris B.V. Ik plaats graag een noot bij deze uitspraak (IEF 11832).
(...)
Twee kanttekeningen van mijn kant.

De eerste betreft het beschrijvende karakter van de handelsnamen. In het vonnis lijkt de merkenrechtspraak als uitgangspunt te worden genomen. Een fenomeen dat men, mijns inziens onterecht, vaker ziet indien geoordeeld moet worden over een beschrijvende handelsnaam. Niet de bescherming tegen verwarringsgevaar lijkt dan voorop te staan, maar het Freihaltebedürfnis op grond waarvan bepaalde aanduidingen in het algemeen belang voor iedereen vrij beschikbaar moeten blijven.
(...)
De tweede kanttekening ziet op de waardering van de handelsnamen die door Aquaris worden gebruikt. Aquaris heeft de naam MUSEUM OF MEDIEVAL TORTURE INSTRUMENTS als handelsnaam ingeschreven. Deze ingeschreven naam lijkt beslissend te zijn in het oordeel van de Voorzieningenrechter, getuige de laatste zinnen van r.o. 4.4. Op haar gevel staat echter de verkorte naam MEDIEVAL TORTURE. Aquaris voerde aan daar goede redenen voor te hebben, maar dat maakt het feit niet anders.

Artikel is ingekort, lees de gehele bijdrage hier.