15 jan 2025
Uitspraak ingezonden door Maarten Russchen, Coda Advocaten.
Rechtbank verklaart zich grotendeels onbevoegd in zaak over inbreuk op muziekcatalogus door een in Spanje gevestigde exploitant

Rechtbank Amsterdam 15 januari 2025, IEF 22524 (Modern Entertainment tegen gedaagde). Tussen deze partijen lopen twee bodemprocedures. Onlangs heeft de rechtbank Amsterdam zich bevoegd verklaard in een tussenvonnis in de ene procedure [zie IEF 22487]. Deze tweede zaak gaat over de rechten op een muziekcatalogus en de vermeende inbreuk daarop door gedaagde, die in Spanje gevestigd is. Anders dan in de andere procedure verklaart de rechtbank zich hier onbevoegd. Hiermee wordt de vordering van gedaagde in incident toegewezen, ondanks dat het Modern Entertainment hier verweer tegen heeft gevoerd. Gedaagde is woonachtig in Spanje en dus moet de bevoegdheid van de Nederlandse rechter worden beoordeeld aan de hand van de Brussel I bis-Verordening. Het geschil, dat ziet op een mogelijke inbreuk op de muziekcatalogus van Modern Entertainment, is in de kern gebaseerd op een onrechtmatige daad. Het gaat onder andere om een mogelijke schending van naburige rechten. De rechter van de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan of zich kan voordoen is bevoegd. Bij uitleg van de regels wordt aansluiting gezocht bij rechtspraak van het Hof.
Anders dan Modern Entertainment meent, is het Pinckney-arrest richtinggevend voor een gestelde inbreuk op naburige rechten via het internet. Dit volgt uit Hejduk tegen EnergieAgentur, een uitspraak van het Hof uit 2015. Hieruit volgt dat de rechter bevoegd is indien de lidstaat van de rechter het ingeroepen recht beschermt, en de beweerde schade kan intreden in het rechtsgebied. De rechter mag dan slechts uitspraak doen over de schade die is veroorzaakt op het grondgebied van zijn lidstaat. De naburige rechten waarop Modern Entertainment een beroep doet zijn in Nederland beschermd, en via digitale platforms zoals YouTube en Spotify kan er inbreuk gemaakt worden. Dit betekent dat de Nederlandse rechter bevoegd is, maar uitsluitend voor zover de inbreuk in Nederland plaatsvindt. Voor grensoverschrijdende gevallen zal de rechter zich onbevoegd verklaren. Ook verklaart de rechtbank zich onbevoegd voor vorderingen die niet op een onrechtmatige daad gebaseerd zijn. Hij zal dus geen uitspraak doen ten aanzien van de vorderingen tot een verklaring voor recht dat Modern Entertainment, en niet gedaagde, de naburig rechthebbende is op de muziekcatalogus.
4.5. Op grond van deze Europese rechtspraak schept artikel 7 lid 2 bevoegdheid zodra
- de lidstaat van de aangezochte rechter het door de eiser ingeroepen recht beschermt; en
- de beweerde schade kan intreden in het rechtsgebied van deze rechter, hetgeen het geval kan zijn als de website waarop het beschermd materiaal beschikbaar is gesteld toegankelijk is in het rechtsgebied van de aangezochte rechter.
De rechter mag in dit geval slechts uitspraak doen over de schade die is veroorzaakt op het grondgebied van zijn lidstaat.
4.6. De naburige rechten waarop Modern Entertainment in deze procedure een beroep doet, zijn in Nederland beschermd op grond van artikel 6 van de Wet op de naburige rechten. Modern Entertainment treedt op tegen de gestelde exploitatie van deze rechten via digitale platforms zoals YouTube, Spotify, Deezer, Amazon Music en Apple Music. Deze platforms zijn toegankelijk in Nederland.
Dat betekent dat de Nederlandse rechter bevoegd is om kennis te nemen van de vorderingen die zijn gebaseerd op de gestelde inbreuk op de naburige rechten van Modern Entertainment. Deze bevoegdheid is territoriaal beperkt tot Nederland. De rechtbank zal zich onbevoegd verklaren ten aanzien van de grensoverschrijdende vorderingen.